| 18973 |
onschuldig |
onnozel:
ónnoozəl (L271p Venlo),
ônneuzel (L271p Venlo),
onschuldig:
onschuldig (L271p Venlo),
ónschuldich (L271p Venlo)
|
zonder besef van goed en kwaad [onschuldig, onnozel] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18861 |
onstuimig |
driftig:
driftich (L271p Venlo),
driftig (L271p Venlo),
onstuimig:
ónstūūmich (L271p Venlo),
razend:
raozend (L271p Venlo)
|
moeilijk in toom te houden, driftig [wreed, onstuimig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 25175 |
onstuimige lucht |
onweerslucht:
ônwaerslôch (L271p Venlo),
ruwe lucht:
rauw loch (L271p Venlo),
smerige lucht:
smèèrigə lo͂ch (L271p Venlo),
wilde lucht:
wilde loch (L271p Venlo)
|
dreigend onweer || lucht die onweer en regen voorspelt [broeilucht, smerige lucht, donderlucht, schoer] [N 81 (1980)] || onstuimige, woest bewolkte lucht [grellig] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
| 21901 |
ontberen |
arm zijn:
erm zien (L271p Venlo),
derven:
dervə (L271p Venlo),
missen:
misse (L271p Venlo),
ontberen:
óntbéérə (L271p Venlo)
|
niet hebben waaraan men grote behoefte heeft, ontberen [derven] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 20581 |
ontbijt |
koffiedrinken, het -:
koffiedrinken (L271p Venlo),
kŏffiedrinke (L271p Venlo),
ontbijt
kôffiedrinke (L271p Venlo),
ontbijt:
ontbiet (L271p Venlo),
ontbiete (L271p Venlo)
|
maaltijden; Hoe noemt U: Namen voor de verschillende maaltijden, afhankelijk van de tijd van de dag, eventueel van het jaar [N 80 (1980)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 8 uur [ZND 18G (1935)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: morgen [ZND 18G (1935)]
III-2-3
|
| 20814 |
ontbijtkoek, peperkoek |
peperkoek:
paeperkook (L271p Venlo)
|
peperkoek [N 29 (1967)]
III-2-3
|
| 33711 |
ontginnen |
ontginnen:
ontgęnǝ (L271p Venlo)
|
Het in cultuur brengen van woeste grond. [N 27, 5; N 11a, 112; monogr.]
I-8
|
| 23941 |
onthoudingsdag |
vastendag:
vastendaag (L271p Venlo)
|
Een onthoudingsdag: dag waarop men geen vlees, spek en jus uit vlees mag gebruiken. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 17706 |
ontlasting hebben |
afgaan:
aafgoan (L271p Venlo),
drukken:
drökke (L271p Venlo),
kakken:
kakke (L271p Venlo),
poepen:
poepe (L271p Venlo),
schijten:
schīēte (L271p Venlo)
|
ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1961)], [N 10c (1995)]
III-1-1
|
| 18040 |
ontsteking |
ontsteking:
onstééking (L271p Venlo),
ontstaeking (L271p Venlo, ...
L271p Venlo,
L271p Venlo),
zweertje:
n zwaerke (L271p Venlo)
|
Ontsteking: plaatselijke infectie van weefsel, lichaamsdelen, gepaard gaande met roodheid, zwelling en pijn (meuk, mik). [N 84 (1981)]
III-1-2
|