e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vloeistof voor het bereiden van beschuitdeeg melk: melk (Venlo) Het beschuitmeel wordt vermengd met een vloeistof, bestaande uit water en/of melk, waaraan soms eieren worden toegevoegd. Indien voorradig wordt ook biestmelk gebruikt. [N 29, 57b] II-1
vloek vloek: vlook (Venlo, ... ), vlōōk (Venlo), vloeken: vlooke (Venlo) een uitdrukking die een verwensing, vooral een godslastering behelst [vloek, kneerp] [N 85 (1981)] || een vloek [hiemmeltsakker] [N 96D (1990)] || Een vloek [hiemmeltsakker]. [N 96D (1989)] III-3-1, III-3-3
vloeken godveren: godverre (Venlo), sakkeren: sákkərə (Venlo), vloeken: vloke (Venlo), vlooke (Venlo, ... ), vlooken (Venlo, ... ), vlōōkə (Venlo) godslasterende woorden uitspreken [vloeken, parlesanten, godverren, nonnen, sjamfoeteren, bidden, sakken] [N 85 (1981)] || vloeken [N 96D (1990)], [SGV (1914)] || Vloeken. [N 96D (1989)] III-3-1, III-3-3
vloekje vloekje: vluukske (Venlo) Een vloekje [vluukse]. [N 96D (1989)] III-3-3
vloer vloer: vlūr (Venlo) Zie voor het woordtype 'beleg' ook RhWb V, k. 301, s.v. 'Beleg': ø̄Fussboden aus Steinbelagø̄. Volgens Jongeneel (Heerlens Woordenboek, pag. 19) maakten de boeren uit de omgeving van Heerlen steenharde, waterdichte vloeren van zand, kalk of cement en kolensintels. [S 41; N 54, 128; monogr.; Vld.] II-9
vloerdrijver vloerdrijver: vlūrdrī.vǝr (Venlo) Werktuig dat bij het leggen van houten vloeren wordt gebruikt om de planken stijf tegen elkaar te drukken. Het toestel wordt daartoe eerst op de onderliggende balklaag vastgezet waarna de vloerplanken met behulp van een hefboom aangedrukt kunnen worden. Zie ook afb. 75. De 'Nauke' was volgens de invuller uit L 330 een machine om vloerplanken met behulp van een 'schroefspindel' ('šrufšpendǝl') of 'handle' ('h'ndǝl') tegen elkaar te drijven. [N 54, 137; N 54, 138] II-9
vloernagel vloernagel: vlūrnāgǝl (Venlo) Draadnagel met verloren kop, waarmee vloerplanken vastgezet worden. De nagels worden daarbij met behulp van een doorslag tot beneden het oppervlak van het hout gedreven. Zie ook de lemmata ɛhouten vloer, verzinkenɛ en ɛdoorslag, drevelɛ in wld II.9, pag. 158 - 160.' [N 54, 16a] II-12
vloertegel plavuis: plavys (Venlo), pləvy(3)̄s (Venlo), Verklw. plevuùske  plevuùs (Venlo) een grote rode of blauwe vloertegel [N 05A (1964)] || plavuis III-2-1
vlug gauw: gauw (Venlo), kibbig: kiebig (Venlo), vlot: flot (Venlo) in heel grote haast [hap, snap] [N 85 (1981)] || vlug || vlug: (moet je nu al weg?) Ja, ik zal moeten voortmaken om op tijd thuis te zijn; zo - loop ik niet meer [DC 39 (1965)] III-1-4
vlug lopen bijzen: bièze (Venlo), hard lopen: hart loupe (Venlo), jatsen: jatze (Venlo), rennen: renne (Venlo, ... ), B.v. ich heb mótte renne (om de trein te halen b.v.).  renne (Venlo), stevelen: stiefele (Venlo) lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)] || lopen: snel lopen [rekke, dabbere, op ne steile gaon] [N 10 (1961)] III-1-2