23577 |
gregoriaans |
gregoriaans:
gregoriaans (L210p Venray)
|
Gregoriaans, gregoriaanse gezangen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
33462 |
grendel |
schaaf:
sxāf (L210p Venray),
schuif:
sxȳf (L210p Venray)
|
Opgenomen zijn de benamingen voor een schuifgrendel in het algemeen. Het materiaal liet niet toe na te gaan of er mogelijk verschil in benamingen is tussen een ronde of een platte grendel. In P 211 is een grendel rond en een schaaf plat, in Q 196 is een schoude plat. Voor andere plaatsen is een dergelijk onderscheid niet onwaarschijnlijk. Onder het woordtype schoude zijn enkele op -x-auslautende vormen geplaatst die wellicht ook verband houden met onder schaaf geplaatste vormen. Niet met zekerheid kon worden nagegaan of er sprake was van een wisseling f - g (schaaf) of van j - g (schoude). Onder vregel moet wel een draaibare grendel worden verstaan; onder sloop een grote, zware grendel en onder veter een hangslot. [N 7, 47; L 6, 50; L 35, 86; div.; monogr.]
I-6
|
21735 |
grens |
grens:
grens (L210p Venray, ...
L210p Venray)
|
de lijn die het gebied van een staat aangeeft [grens, linie, reem] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
24979 |
grenzen |
grenzen:
grenze (L210p Venray)
|
tegen elkaar liggen, gezegd van stukken land of staten [grenzen, renen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21495 |
griffel |
griffel:
griffel (L210p Venray, ...
L210p Venray)
|
een stift van leisteen om daarmee op een lei te schrijven [griffel, griffie, grift, touche, cijferpen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
19024 |
grijns |
grijns:
grijns (L210p Venray)
|
grijns [grijnst] [N 10 (1961)]
III-1-4
|
18880 |
grijnzen |
grijnzen:
greeze (L210p Venray),
uitlachen:
uutláche (L210p Venray)
|
grijnzen [SGV (1914)] || spottend lachen soms met een onaangename vertrekking van het gezicht [grijzen, blieken, blikken, grijzen, griemen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
25799 |
grijpen |
werken:
węrkǝ (L210p Venray)
|
Gezegd van het brouwsel. De eerste verschijnselen van de gisting vertonen. Uit de woordtypen "gijlen", "gären" en "gisten" blijkt dat de invullers uit die plaatsen geen specifiek woord kennen voor het begin van de gisting. [N 35, 67; monogr.]
II-2
|
24451 |
grijpen door roofdieren |
grijpen:
Veldeke 1979 nr. 1
griépe (L210p Venray),
WLD
grìepe (L210p Venray)
|
Hoe noemt u het vastgrijpen van ratten, muizen, etc. door roofdieren (klampen) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
17906 |
grijpen naar |
grijpen:
griepe (L210p Venray)
|
grijpen naar iets [naar iets raome] [N 10a (1961)]
III-1-2
|