e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
keel, strot keel: ké:l (Venray), kél (Venray), strot: stroot (Venray, ... ), strö:t (Venray) keel (uitwendig) (strot) [DC 01 (1931)] || strot [RND], [SGV (1914)] III-1-1
keelgat keelsgat: kélschat (Venray) keelgat [kelschat, rieper] [N 10 (1961)] III-1-1
keelpijn pijn in de keel: pi.n in də kɛ:l (Venray) keelpijn [RND] III-1-2
keep russische vink: russische vink (Venray) keep (14,5 man heeft oranje aan kop en borst, in het voorjaar zwarte kop en borst; vaak tussen vinken; alleen op trek en in winter; roep [wèèèèèk] [N 09 (1961)] III-4-1
keerklossen keerblokken: keerblokken (Venray), keerijzers: keerijzers (Venray), keerklossen: keerklossen (Venray) Klampen die op de roeden tegen de askop worden vastgespijkerd om te voorkomen dat de roeden door de asgaten zakken. Volgens een invuller uit l 289 gebeurt dit alleen bij houten roeden. [N O, 3f; A 42A, 78; N O, 3d] II-3
keffen keffen: Veldeke 1979 nr. 1  keffen (Venray, ... ) Hoe noemt u hoog en snel blaffen, vooral van kleine honden (keffen, kneffen) [N 83 (1981)] III-2-1
kegelen kegelen: kegele (Venray), kēgələ (Venray) De sport bedrijven waarbij met een bal getracht moet worden een aantal flesvormige houten voorwerpen, de kegels, omver te werpen [kegelen, bollen]. [N 88 (1982)] III-3-2
kegels (mv.) kegels: mitə ke.gəls wörtər nimir gəspølt (Venray) met de kegels wordt er niet meer gespeeld [RND] III-3-2
kelder kelder: keͅldər (Venray), \'n Huus vol daochters is as enne kelder vol zo‰r bi‰r: wie veel dochters heef loopt kans er mee te blijven zitten  kelder (Venray) kelder [RND] III-2-1
kelk kelk: kelk (Venray), kellek (Venray) De heilige vaten, het liturgisch vaatwerk [kelken, cibories, monstrans]. [N 96A (1989)] || De kelk, de misbeker [kelk, kelch, mèskelk?]. [N 96B (1989)] III-3-3