e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Veulen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
waskom wasblik: wâsblek (Veulen) waskom III-2-1
waslijn droogdraad: druuëgdraod (Veulen, ... ), drooglijn: druuëglien (Veulen), wasdraad: wâsdraod (Veulen), waslijn: weslien (Veulen), wâslien (Veulen, ... ) drooglijn || wasdraad || waslijn III-2-1
wasmand ben: bɛn (Veulen), wasmand: wɛsmant (Veulen) In het algemeen een van twee oren voorziene, ronde of ovale mand voor wasgoed. De wasmand was vaak van witte wissen gemaakt. Zie ook afb. 286. [N 20, 50; N 40, 95; N 40, 106; N 40, 107; N 40, 108; N 20, 48 add.; monogr.] II-12
wastafel, wasbak wasbak: wâsbák (Veulen), wastafel: wâstoffel (Veulen) wasbak || wastafel III-2-1
wasteil wasblik: wâsblek (Veulen) blikken, taps toelopend wasbekken met oor III-2-1
wastobbe, wasteil waskuip: wâskuup (Veulen) wastobbe III-2-1
wasvrouw wasmaagdje: meisje alleen in dienst voor de grote was te doen  wâsmegje (Veulen), wasvrouw: wāsvroͅu̯ (Veulen), wâsvrow (Veulen), Wat zien \'r vort toch \'n dél sláppe délle ien de waereld, zaej de wesvrow en zij haaj \'n schòttelslet ien de hând  wesvrow (Veulen) wasmeisje || wasvrouw [ZND B1 (1940sq)] III-2-1
waterdamp, wasem zwaai: zwaaj (Veulen), De zwaaj löpt langs de mure nor de legt: de(gecondenseerde) waterdamp loopt langs de muren omlaag  zwaaj (Veulen) stoom || waterdamp, wasem III-2-1
waterige kost dunnigheid: As ge maagpien het, kunde t baest allieën már wat dunneghejd aete  dunneghejd (Veulen), poelie: De poelie klotst in mienen boek  poelie (Veulen) vloeibaar dun voedsel || vloeibaar voedsel in de maag III-2-3
waterketel, moor marmiet: mármiet (Veulen), moor: muər (Veulen), ge mòt aeges wieëte hoe of òwwe moeër zingt: men is zelf verantwoordelijk voor zijn doen en laten  moeër (Veulen) oude koperen waterketel die met een smalle rand in het vuur zakt || waterketel III-2-1