e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vijlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
smokkelen smokkelen: sjmoekelle (Vijlen) verboden goederen, of goederen waarover rechten betaald moeten worden heimelijk over de grens brengen [lörzen, maroderen, smokkelen] [N 90 (1982)] III-3-1
smullen met smaak eten: mit schmaak aete (Vijlen), smullen: dri houwe (Vijlen) lekkerbek; Hoe noemt U: Iemand die goed kan eten (lekkerbek, lekkertand, likkebaard, fijnbek, smulbaard, smuiger) [N 80 (1980)] || smullen; Hoe noemt U: Lekker eten, met veel plezier eten (smullen, smikkelen, snollen) [N 80 (1980)] III-2-3
snauwen snauwen: schnoawwe (Vijlen) bits, op bijtende toon spreken [snibben, snauwen, bitsen, toesnappen, grauwen, knappen] [N 85 (1981)] III-3-1
snauwen, grauwen grauwen: grauwe (Vijlen), snauwen: schnoawwe (Vijlen), sjnauwe (Vijlen) bits, op bijtende toon spreken [snibben, snauwen, bitsen, toesnappen, grauwen, knappen] [N 85 (1981)] || grauwen: Je hoort hem de hele dag snauwen en - [DC 35 (1963)] || snauwen: Je hoort hem de hele dag - en grauwen [DC 35 (1963)] III-1-4
snavel snavel: schnavel (Vijlen) snavel: de hoornachtige bek van een vogel (snavel, bek) [N 83 (1981)] III-4-1
snee brood snee: schnĕ (Vijlen) snede; Hoe noemt U: Een snee brood (snee, rondommer) [N 80 (1980)] III-2-3
sneeuwen sneeuwen: schneeije (Vijlen), schneie (Vijlen), sjnee-je (Vijlen), sjnijë (Vijlen) sneeuwen [DC 03 (1934)], [SGV (1914)] III-4-4
sneeuwklokje sneeuwklokje: sjnieje klukskes (Vijlen) Sneeuwklokje (galanthus nivalis). Bolplantje. De bloem staat alleen op een stengel die boven de beide bladeren uitsteekt. De buitenste bloemdekblaadjes zijn eivormig; de binnenste hartvormig met een diepe bocht, aan de buitenzijde met een halve maanvormig [N 92 (1982)] III-4-3
sneeuwx sneeuw: schnie (Vijlen), schnieje (Vijlen), sjnĕĕj (Vijlen), sjnieë (Vijlen) sneeuw [DC 03 (1934)], [SGV (1914)] III-4-4
sneuvelen vallen: valle (Vijlen) in de oorlog omkomen [sneven, sneuvelen] [N 90 (1982)] III-3-1