| 18954 |
goedzak |
goedzak:
goodzak (L386p Vlodrop)
|
een persoon die altijd goed handelt en goed is voor andere mensen [goedzak, godsblok] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 24958 |
golf |
golf:
golf (L386p Vlodrop)
|
golf, bolle verheffing op de waterspiegel, meestal veroorzaakt door de wind [baar, zwolp] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 24959 |
golven ww. |
op en neer gaan:
op en neer (L386p Vlodrop)
|
golven (ww), rijzen en dalen van water [gurzelen] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 24538 |
gom |
hars:
ideosyncr.
hars (L386p Vlodrop),
wierook:
ideosyncr.
wierook (L386p Vlodrop)
|
De kleverige, doorschijnende vloeistof die uit spleten of insnijdingen in sommige bomen vloeit en in de lucht hard word; deze stof is i.t.t. hars niet oplosbaar in alcohol of ether gom, plek). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
| 20552 |
gombal |
babbeltje:
babbeltsje (L386p Vlodrop),
klets:
kletsch (L386p Vlodrop)
|
siepke; Hoe noemt U: Een balletje van gesuikerde arabisch gom (siepke) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 17903 |
gooien |
smijten:
sjmiete (L386p Vlodrop)
|
gooien [goesje] [N 38 (1971)]
III-1-2
|
| 24411 |
gouden tor |
strontkever:
ideosyncr.
sjtontkijver (L386p Vlodrop)
|
Hoe noemt u de gouden kever: een soort kever, 15-21mm lang, bladsprietig (goudkever, goudbeest, gouwke, hovenier) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
| 20051 |
goudenregen (laburnum anagyroides med.) |
goudenregen:
eigen spelling
gauwereinger (L386p Vlodrop)
|
Gouden regen (cytisus laburnum). Goudgele bloemen in rijke, hangende trossen. De blaadjes zijn 3-tallig. Op de vlag (dit is het grootste kroonblad) zit een bruin honingmerk. De bloem heeft geen honing, maar wel een vlezige ring met voedsel voor insekten. [N 92 (1982)]
III-2-1
|
| 20071 |
goudsbloem |
goudsbloem:
eigen spelling
goldsbloom (L386p Vlodrop)
|
Goudsbloem (calendula officinalis). Grote oranjekleurige bloemen. Bijna alle vruchten zijn sikkelvormig gekromd. Gekweekt, ook in blekere kleuren en vaak verwilderd. Bloeitijd van mei tot november (gauwbloem, goudbloem, dodbloem). [N 92 (1982)]
III-2-1
|
| 21714 |
gouverneur |
gouverneur (<fr.):
governeur (L386p Vlodrop)
|
de officiële vertegenwoordiger van de koningin [koning] in een provincie [commissaris, gouverneur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|