e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vlodrop

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
noveen noveen (<lat.): noveen (Vlodrop) Een negendaagse godsvruchtoefening, novene, noveen. [N 96B (1989)] III-3-3
ochtend (vanmorgen de tijdsduur van het aanbreken van de dag tot 12 uur s middags [morgend, morgen, voornoen, ochtend]: smorges (Vlodrop), middag: vərmədáág (Vlodrop) s morgens) [N 91 (1982)], [RND] III-4-4
octaaf octaaf (<fr.): octaaf (Vlodrop) Een octaaf, periode van 8 dagen ter viering van een groot kerkelijk feest. [N 96D (1989)] III-3-3
oever boord: bath (Vlodrop), kant: kant (Vlodrop), oever: Opm. dit wordt ook gezegd.  over (Vlodrop) oever [DC 02 (1932)] || oever, zoom van het land aan elk van de beide zijden van het water van een rivier, meer enz [kant, wal] [N 81 (1980)] III-4-4
offerblok offerblok: offerblok (Vlodrop), offerstok: offersjtok (Vlodrop) Het metalen (vroeger houten) kastje, aangebracht bij de kerkuitgan(en) en/of bij een heiligenbeeld, waarin men geld kan deponeren [godsblik, offerstok, offerblok, offerbus, offerkist?]. [N 96A (1989)] III-3-3
ogenblikje, korte tijd, eventjes eventjes: efkes (Vlodrop), poosje: peuske (Vlodrop) een korte tijdsruimte [poosje, end, scheut, stoot, rek, kortje, hortje, kutske, rande] [N 91 (1982)] || ogenblikje [DC 03 (1934)] III-4-4
okkernoot noot: -  noot (Vlodrop) okkernoot, vrucht van [DC 17 (1949)] I-7
oksaal oksaal: oxaol (Vlodrop) Het oksaal, de galerij boven het kerkportaal, waar het orgel staat en het zangkoor zingt [oksaal oksaol, koor, zangerskoor, zangzolder?]. [N 96A (1989)] III-3-3
olie olie: aulig (Vlodrop), olig: aolig (Vlodrop) olie; Hoe noemt U: De vette vloeistof die b.v. gebruikt wordt bij het aanmaken van sla of het braden van vlees (smout, olie) [N 80 (1980)] III-2-3
omheinen afmaken: āfmākǝ (Vlodrop) Iets omgeven met een omheining, meest van toepassing op een weiland. [N 14, 63; L 32, 45; A 25, 9; Gwn 16, 11; Vld.; monogr.] I-8