20039 |
zinnia (zinnia elegans jacq.) |
zinnia:
eigen spelling
senia (L386p Vlodrop)
|
Zinnia (zinnia elegans). Gave, ongesteelde bladeren met kromme nerven. De bloemstelen zijn aan hun top opgezwollen. De bloemkorfjes zijn gevuld of enkel, met zeer brede lintbloemen van allerlei kleur (zinnia, zonneke, boerinnek, trapdeslevens). [N 92 (1982)]
III-2-1
|
22081 |
zitplaats van de duif |
stek:
sjtek (L386p Vlodrop)
|
de zitplaats van de duif? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18198 |
zitvlak van een broek |
bodem:
baom (L386p Vlodrop)
|
zitvlak, kruis, bodem van de broek [boksebaom, zolder, zuur schrej, kont, wan] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
33721 |
zoden afsteken |
houwen:
hǫwǝ (L386p Vlodrop)
|
Een object russen, vlaggen, zoden enzovoorts is niet gedocumenteerd. [N 14, 78; N 27, 39g; N 18, add.; JG 1b]
I-8
|
20283 |
zogen, voeden (overg.) |
de mem geven:
mem geive (L386p Vlodrop)
|
borstvoeding geven: Een kind aan de borst voeden (minnen, de mem geven, houden). [N 84 (1981)]
III-2-2
|
18675 |
zomerkleren |
zomerkleren:
zomerklijjer (L386p Vlodrop)
|
zomerkleren [N 23 (1964)]
III-1-3
|
23933 |
zondag |
zondag:
zondig (L386p Vlodrop)
|
De zondag, dag des Heren. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23934 |
zondag houden |
zondag houden:
zondig hawte (L386p Vlodrop)
|
De zondag houden/vieren/eerbiedigen/heiligen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
18670 |
zondagse kleren |
`s zondagse kleren:
sondese klijjer (L386p Vlodrop)
|
zondagse kleren [t sondagsdinge] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
23339 |
zonde |
zonde:
zung (L386p Vlodrop)
|
Een zonde [zund, zung]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|