e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vroenhoven

Overzicht

Gevonden: 1550
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kloosterorde orde: ən strèŋ ordə (Vroenhoven) Een strenge orde (kloosterorde geef aan of het woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is. [ZND 40 (1942)] III-3-3
kluit aarde klot: klǫt (Vroenhoven), klǭt (Vroenhoven) [N 27, 36; S 18; R 3, 8; L 28, 8; L 28, 9; L 1a-m; L B2, 290; ALE 257; Vd.; monogr.] I-8
knellen knijpen: kniepĕ (Vroenhoven), pitsen: pitse (Vroenhoven) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] III-1-2
knellen, gezegd van schoenen knijpen: kniepĕ (Vroenhoven), pitsen: pitse (Vroenhoven) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] III-1-3
kneuzen blutsen: blĕtsĕ (Vroenhoven), blutsen (Vroenhoven) blutsen, kneuzen (van appelen): de appelen niet blutsen [ZND 21 (1936)] III-2-3
knie knie: kne:j (Vroenhoven), kneej (Vroenhoven), knej (Vroenhoven) knie [RND], [ZND 28 (1938)] III-1-1
kniezen grommen: ə grŏmp altied (Vroenhoven), grozen: grŏi-zĕ (Vroenhoven) Hij is altijd aan t kniezen (ontevreden, morren). [ZND 28 (1938)] III-1-4
knijpen knijpen: kniepĕ (Vroenhoven), pitsen: pitse (Vroenhoven) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] III-1-2
knikker huif: huif (Vroenhoven), , /  huiven (Vroenhoven) knikker [SND (2006)] || Knikker: de kleine (van steen of glas). [ZND 16 (1934)] III-3-2
knikkeren schieten: , /  sjeeen (Vroenhoven) schieten [SND (2006)] III-3-2