19261 |
toestemming |
toestemming:
towsjtumming (Q117a Waubach)
|
goedkeuring om iets te mogen doen [toestemming, konsent] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
28234 |
toevoergalerij |
houtbaan:
hōtsbān (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale]),
kopstrek:
kǫpštrɛk (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale])
|
Galerij die in hoofdzaak wordt gebruikt voor de aanvoer van materiaal. De woordtypen "kopstrek" (Q 117a, 121c), "kopvoie" (K 361), "kopgalerij" (L 417), "kop" (Q 12) en "kopbouveau" (L 286) duiden erop dat de toevoergalerij zich aan het boveneinde van de pijler bevindt. Het woordtype "H.T." (L 265, Q 33) is een afkorting voor "houttoevoer". [N 95, 373; monogr.; N 95, 280 add.]
II-5
|
28022 |
toewijzen |
het stuk aangeven:
ǝt štøk āgɛ.vǝ (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Zwartberg, Waterschei])
|
Een aantal te delven meters steenkool aan iemand toewijzen. In de Nederlandse mijnen wees de schudgootmeester elke arbeider een "stuk" (d.w.z. een gedeelte van het pand) aan, dat hij moest ontkolen. [N 95, 482; monogr.]
II-5
|
19663 |
toilet |
a-b:
abē (Q117a Waubach),
huisje:
hyskə (Q117a Waubach, ...
Q117a Waubach),
lokus:
lōkəs (Q117a Waubach),
lucas:
lukas (Q117a Waubach),
plee:
plē (Q117a Waubach),
schijthuis:
šī.thū.s (Q117a Waubach)
|
toilet || toilet buiten || wc, toilet [N 05A (1964)]
III-2-1
|
21215 |
tolboom |
slagboom:
sjlaagboom (Q117a Waubach)
|
de boom waarmee de weg kan worden afgesloten op de plaats waar men tol moet betalen [barrier, brier] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21381 |
tolgaarder |
commies (<fr.):
Van Dale: commies (kommies) (<Fr.), 3. (vooral in de vorm kommies) tolbeamte, ambtenaar die werkzaam is bij de (buiten)dienst van de accijnzen en invoerbelastingen en die te waken heeft tegen overtreding daarvan.
kommies (Q117a Waubach)
|
de beambte die tol [bijv. bij een brug] in ontvangst moet nemen [brierman, commies, tolbaas, tolgaarder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25267 |
ton, maat van 1000 liter |
mud:
mud (Q117a Waubach)
|
de maat die een inhoud aangeeft van 1000 liter [wisse, zak, mud, vat, ton] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
22658 |
toneelspel |
spel:
sjpil (Q117a Waubach)
|
Een voorstelling door een toneelgroep [spel]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
17727 |
tonen |
zeigen (du.):
tseegə (Q117a Waubach)
|
tonen: Laten zien, tonen (togen). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
17620 |
tong |
tong:
tòng (Q117a Waubach)
|
tong [DC 01 (1931)]
III-1-1
|