e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Weert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hekel hegel: hēgǝl (Weert), reep: rē̜p (Weert) Bord of plankje waarop meerdere rijen spits toelopende, loodrecht staande tanden geplaatst zijn. Hierdoor wordt het gezwingelde vlas vooral met het topeinde doorheen getrokken om de bast te splijten, scheven en korte vezels te verwijderen en de lange vezels recht te trekken. Volgens Van Iersel (pag. 4) is de hekel een plank ter lengte van ongeveer één meter en breed ongeveer een halve, later met 130 √† 135 ijzeren pinnen ter lengte van een dertig cm. Zie afb. 70. [N 48, 19a; monogr.] || Plank met rechtop staande pinnen waar het vlas doorheen wordt getrokken. [L 1, a-m; L 26, 30; monogr.] I-5, II-7
hekken hekken: hękǝ (Weert) Algemene benaming voor alle aan de roede bevestigde langse en dwarse latten bijeen: het geheel van zomen en hekscheien. Zie ook afb. 37. [N O, 2a; N O, 6b; A 42A, 66; Sche 33; monogr.] II-3
heknagels boutjes: bǫw.tjǝs (Weert), nagelen: niǝgǝl (Weert) De ijzeren nagels waarmee zoomlatten en hekscheien aan elkaar worden bevestigd. De handgesmede nagels die men in l 318 en l 321 kende, waren voorzien van grote koppen. [N O, 2h] II-3
hekscheien scheien: sxęjǝ (Weert) De dwarse latten van het hekken, die aan de roede bevestigd zijn en waarop de zoomlatten vastgemaakt worden. Zie ook afb. 38. [N O, 2g; A 42A, 65; Sche 32] II-3
hel hel: hèl (Weert) De hel [hèl, höl]. [N 96D (1989)] III-3-3
helemaal, geheel en al gaaruit: gaâroet (Weert), hartstikke: herstikke (Weert), helegaar: hieëlegaar (Weert), helemaal: hieëlemaol (Weert), kaal: kaal (Weert), moedermins (alleen): (zo wordt het ook genoemd).  moormins (Weert), moederzielig (alleen): (in: moorzieëlig allein (helemaal alleen).  moorzieëlig (Weert), ram: ram (Weert), rats: rats (Weert) helemaal, geheel en al III-4-4
helpen helpen: hêllepe (Weert) helpen III-1-4
hemel hemel: dən e.məl (Weert), heemel (Weert), hieemel (Weert) De hemel [himmel, heemel]. [N 96D (1989)] || hemel [RND] III-3-3
hemelrijk hemel: heemel (Weert), hieemel (Weert) Het hemelrijk. [N 96D (1989)] III-3-3
hemelvaartsdag hemelvaart: hemelvaart (Weert), hiemelvaart (Weert) Hemelvaart, Hemelvaartsdag [Hiemelvaart, Himmelvaatsdag, Himmelvaat, Kriste hiemmelvaat]. [N 96C (1989)] III-3-3