| 22006 |
te laat komen om nog prijzen te winnen |
te laat komen:
te laat kôme (L289p Weert)
|
het te laat komen van de duiven om nog prijzen te winnen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 34633 |
te licht in de rug |
licht in de berrie:
lext˱ enǝ børi (L289p Weert),
te licht in de rug:
tǝ lext enǝ rø̜k (L289p Weert)
|
Als men teveel achteraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de bruikriem omhoogdrukt. Hierdoor kan de kar de neiging hebben om te wippen (zie ook voor het lemma de kar wipt. [N 17, 96 + 99]
I-13
|
| 30078 |
te lood |
te lood:
tǝ lūǝt (L289p Weert),
tǝ lǭt (L289p Weert)
|
Gezegd van een muur of hoek wanneer deze tijdens de controle met het schietlood een loodrechte stand vertoont. [N 31, 10d; monogr.]
II-9
|
| 25442 |
te snel verwerkt |
niet verstorven:
nēt vǝrstǫrǝvǝ (L289p Weert),
te vroeg:
tǝ vrø̜x (L289p Weert)
|
Het slachtvee moet, nadat het is gedood en uitgeslacht, een poos besterven. Pas als het vlees door en door koud is geworden kan het verwerkt worden. Doet men dit eerder, dan is de smaak van het vlees minder en bederft het veel sneller. Bovendien laat niet afgekoeld vlees zich veel moeilijker snijden dan koud vlees, dat immers steviger is. [N 28, 96; monogr.]
II-1
|
| 21961 |
te veel voederen |
zwaar voederen:
zwaar voore (L289p Weert)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: te veel voederen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 28532 |
te veel zwermen |
zich kaalvliegen:
zich kaalvliegen (L289p Weert)
|
Het te veel zwermen van een volk. Wanneer een volk te veel zwermt, verzwakt het. Elke zwerm is een splitsing en daardoor een verzwakking van het moedervolk. Wanneer een volk zo sterk achteruitgaat in bijental, dat het zich niet meer kan handhaven, heeft het zich doodgezwermd. [N 63, 39d]
II-6
|
| 21962 |
te weinig voederen |
te krap voederen:
te krap voore (L289p Weert)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: te weinig voederen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 29095 |
te wijd |
te wijd:
tǝ wīt (L289p Weert)
|
Te ruim, gezegd van een kledingstuk of kledingstukonderdeel. [N 59, 130a; N 62, 26c; MW]
II-7
|
| 34634 |
te zwaar in de rug |
te zwaar in de rug:
tǝ zwē̜r enǝ rø̜k (L289p Weert),
zwaar in de berrie:
zwē̜r enǝ børi (L289p Weert)
|
Als men teveel vooraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de draagriem op de rug van het paard drukt, waardoor het paard snel vermoeid raakt. [N 17, 96 + 99]
I-13
|
| 24385 |
teek |
teek:
taek (L289p Weert),
téék (L289p Weert),
WLD
teek (L289p Weert)
|
teek || teek, spinachtig diertje dat zich vastzet op de huid van mens en dier en zich voedt met bloed [N 26 (1964)]
III-4-2
|