e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
oude mens oud mens: aa mins (Wellen), oude mens: aa mins (Wellen) oude man [N 102 (1998)] || oude vrouw [N 102 (1998)] III-3-1
oude vrouw oud mens: aa mins (Wellen), oude vrouw: aa vrou (Wellen, ... ) een oude vrouw [ZND 05 (1924)] || iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)] III-2-2, III-3-1
ouden van dagen oude mensen: aa minse (Wellen) ouden van dagen [N 102 (1998)] III-3-1
ouders ouders: ààs (Wellen), znd 44, 27;  aas (Wellen) ouders [ZND 11 (1925)] || ouders; waar ligt het land van uw ouders? [ZND 44 (1946)] III-2-2
ouderwets ouderwets: â-derwĕts (Wellen) Ouderwets. [ZND 05 (1924)] III-1-3
oudste zoon oudste zoon: aadste zoun (Wellen), atstə zowən (Wellen) oudste zoon [ZND 46 (1946)] III-2-2
ovenpaal ovenzwouw: hūǝvǝzwow (Wellen), zwouw: zwow (Wellen), zwōw (Wellen) De ovenpaal is in de regel een ongeveer twee meter langer stok met een plat, rond, rechthoekig of tongvormig blad van hout of ijzer waarmee het in broodvorm opgemaakte deeg in de oven wordt geschoven. Meestal haalt men hiermee ook het gebakken brood uit de oven. Het blad loopt naar voren scherp toe om het inschieten van het brood te vergemakkelijken en vooral om bij het uittrekken de paal onder het brood te kunnen schuiven (Weyns blz. 34). Wat de woordtypen "rochelijzer", "haak", "schoffel" en mogelijk nog andere betreft moet men heel waarschijnlijk aan andersoortig gereedschap denken waarmee men toch het brood uit de oven kan halen. Zie afb. 22. [N 29, 45b; RND 57; L 40, 13a; A 44, 22; OB 2, 2d; OB 2, 2e; mat. S -daaronder valt wat A. Stevens in zijn artikel ''Zwaaide, een zuidoost-nederlandse dialektbenaming voor de broodschieter of ovenpaal'' noemt "mat. S, P, C en G"; monogr.] II-1
overall pyjama: pižama (Wellen) Uit één stuk vervaardigd werkpak dat de metselaar ter bescherming over zijn gewone kleding aantrekt. [N 30, 5c; monogr.] II-9
overdragen overdragen: ø̜̄i̯vǝrdrǭgǝ (Wellen), ǭvǝrdrǭgǝ (Wellen) Het overschrijden van de draagtijd, gezegd van de koe. [N 3A, 44] I-11
overdrukplaatje plakseltje: plekselke (Wellen) Hoe heet een overdrukplaatje, d.w.z. een gekleurd plaatje dat met de voorzijde op papier of op de handrug wordt geplakt terwijl de achterzijde wordt losgeweekt en afgetrokken? (kinderspel) [ZND 48 (1954)] III-3-2