34470 |
hen zonder staart |
bolvot:
bolvot (Q113a Welten)
|
[N 19, 62b; monogr.]
I-12
|
33748 |
hengst |
hengst:
heŋst (Q113a Welten)
|
Ongesneden mannelijk paard. [JG 1a, 1b; A 4, 2b; L 20, 2b; L 39, 42; L A1, 166; S 27; Wi 8; monogr.]
I-9
|
25151 |
herfstdraden |
herfstdraden:
herfs dröet (Q113a Welten)
|
herfstdraden [zomervamen] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
34145 |
herkauwen |
nirgelen:
nergǝlǝ (Q113a Welten)
|
Het eerst niet of nauwelijks gekauwde, in de voormaag gedeeltelijk verteerde voedsel opnieuw verwerken. Zie afbeelding 7. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 4, 13; L 14, 26; L 14, 88; L 20, 13; S 13; monogr.]
I-11
|
34175 |
het kalf afdraaien |
afhalen:
āfhǭlǝ (Q113a Welten)
|
Het kalf met mechanische middelen ter wereld helpen. [N 3A, 54a]
I-11
|
21436 |
het volle bedrag |
zonder korting:
Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).
zoonger korting (Q113a Welten)
|
volle bedrag, de gehele som, zonder korting [de hele poet, de volle roefel, de hele paaj?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
17645 |
heup |
heup:
hēūp (Q113a Welten)
|
heup - welk gedeelte van het lichaam wordt er mee bedoeld? [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
17776 |
hiel |
vers:
viĕš (Q113a Welten)
|
hak (hiel) [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
22777 |
hinkelblokje |
hiksteen:
een plat steentje, een scherfje, een schijfje hout
hikstein (Q113a Welten)
|
hinkelblokje [VC 10]
III-3-2
|
22774 |
hinkelen |
hikken:
hikken (Q113a Welten)
|
hinkelspel [VC 10]
III-3-2
|