e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Welten

Overzicht

Gevonden: 882
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
prei breedloof: breedloof (Welten) [DC 13 (1945)] I-7
raar, vreemd raar: ráár (Welten) raar [DC 02 (1932)] III-1-4
rammelaar rammelaar: rĕmmelèr (Welten) konijn, mannetje [DC 04 (1936)] III-2-1
rapen rapen: rǭpǝ (Welten) De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d] I-5
regenboog regenboog: raegebaog (Welten) regenboog [weerteken] [N 22 (1963)] III-4-4
regenen (alg.) regenen: raegene (Welten) regenen [sausen, majemen] [N 22 (1963)] III-4-4
regenworm piering: Veldeke  pierink (Welten), worm: Veldeke  enne worm (Welten) regenworm, aardwom, bekende paarskleurige worm die bij spitten en ploeten of bij regen voor de dag komt [pier, pieroas, piering, pierewörm, dauwworm] [N 26 (1964)] || worm in het algemeen [pier, piering, pierik] [N 26 (1964)] III-4-2
rem van de wagen mechaniek: nikǝnek (Welten) De rem komt vrijwel alleen voor bij de wagen. Er bestaan verschillende systemen. Essentieel hierbij is echter dat steeds een remblok tegen de rond de velg van het wiel bevestigde metalen band kan schuren. De informant van Q 099q vermeldt het volgende: "Vroeger werd de rem door middel van een zwengel aangedraaid. Thans wordt de rem in werking gesteld door een ijzeren hefboom. Deze ijzeren staaf heeft aan het losse uiteinde een ketting, die vastgemaakt wordt aan een haak, welke zich bevindt aan de zijkant van de karbak. Het is dus een vereenvoudiging, de zwengel is vervangen door een hefboom.". De respondent van P 48 omschrijft de wagenrem als een "blok met ketting aan as om te remmen. [N 17, 40 + 44j + 49 + 50b + 99 + add; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2c; monogr.] I-13
rente cijnzen: Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).  cinse (Welten) Rente [intrest?] [N 21 (1963)] III-3-1
restant vogels jonge meerlingen: jonge mèling (Welten), jonge spreeuwen: jong spriëve (Welten), melingswijfje: mèlingswiefke (Welten) jong van de merel [DC 06 (1938)] || jong van de spreeuw [DC 06 (1938)] || vrouwelijke merel [DC 06 (1938)] III-4-1