e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wijlre

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roep- en lokwoord voor het kalf kalf: kau̯f (Wijlre), moetsje: mutškǝ (Wijlre) Met kan een kalf roepen met de algemene benamingen kalf, kalfje, muk enzovoorts, met eigennamen als Liesje, met klanknabootsingen of eventueel met het rammelen van melkemmers. [N C, 17; VC 14, 2b (r] I-11
roep- en lokwoord voor het kuiken pieletje: pilǝkǝ (Wijlre), piet, piet, piet: pit, pit, pit (Wijlre), poel, jiep, jiep, jiep: pul, jip, jip, jip (Wijlre), tiele, tiele, tiele: tilǝ, tilǝ, tilǝ (Wijlre), ties: tis (Wijlre), tiet, tiet, tiet: tit, tit, tit (Wijlre) [N 19, 44b; A 6, 2c; L 47, 9b; VC 12 2o -r-; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het varken kuus: kyš (Wijlre), varken: vɛrkǝ (Wijlre) In plaats van kuus roepen klakt men ook wel met de tong. [N 19, 11a; VC 14, 2c (r] I-12
roep- en lokwoorden voor het lam lammetje: lɛmkǝ (Wijlre), lem: lɛm (Wijlre) [N 19, 74b; VC 14, 2k (R] I-12
roep- en lokwoorden voor het schaap schaap: šǭp (Wijlre), schaapje: šōpkǝ (Wijlre) [N 19, 74a; VC 14, 2j (R] I-12
roepen schreeuwen: sjriewe (Wijlre) op een luide manier iets mededelen, roepen [skriesen] [N 87 (1981)] III-3-1
roepen van de duiven inroepen: i roope (Wijlre) Hoe zegt men: het roepen van de duiven? [N 93 (1983)] III-3-2
roepwoord voor de geit geit: gęi̯t (Wijlre), sik, sik: sek, sek (Wijlre) [N 19, 74e; VC 14, 2l r; L B2, 259e -263-; monogr.; N C, Q 111 add.] I-12
roepwoord voor de jonge geit lammetje: lɛmkǝ (Wijlre) [N 19, 74f; VC 14, 2m -r-] I-12
roerom slem: sjlem (Wijlre) roerom; Hoe noemt U: Een gerecht dat bestaat uit meel, gekookt in water of melk, met stroop en vet opgediend (treot, potstroe, ruierom, potjebuul) [N 80 (1980)] III-2-3