e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wintershoven

Overzicht

Gevonden: 1446

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
benauwd en vochtig weer de hits valt uit de lucht: də hits vilt oͅut də loͅuj (Wintershoven), laf (weer): làf (Wintershoven) lucht bij vochtig en warm zomerweer [graslucht] [N 22 (1963)] || warm, benauwd en vochtig weer (in de zomer) [bederfelijk, voos, smoel, zoel, zuul, broejerig, luimerig, mottig, moddelwarm, zomig] [N 22 (1963)] III-4-4
berkenbezem bezem: bēͅi̯səm (Wintershoven) bezem gemaakt van berketwijgjes (rijsbezem, berkenbezem, berkenboender) [N 20 (zj)] III-2-1
berrie ber(r)e: bęrǝ (Wintershoven), ber(r)en: bęrǝs (Wintershoven) Elk van de twee bomen van de hoog- en stortkar waartussen het paard gespannen werd. De berries van de hoogkar verschillen essentieel van die van de stortkar: bij de eerste lopen de berries onder de hele bak door en maken ze er deel van uit (de zijwanden worden erop vastgezet), terwijl bij de tweede de berries tot halverwege de bak lopen en een aparte constructie vormen waarop de bak rust. Hierdoor kan de bak van de stortkar kippen, terwijl de berries op hun plaats blijven. Wanneer de bak van de hoogkar echter gekipt moet worden, gaat het hele voorstel van de kar omhoog. [N 17, 16 + 50b; N G, 54b + 64b; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2c; L 32, 63; L 34, 10; A 27, 20; Lu 5, 20] I-13
bestendig weer frank weer: vràŋk wēər (Wintershoven) bestendig weer [vaste lucht] [N 22 (1963)] III-4-4
betalen overkomen: ps. omgespeld volgens Frings.  vørkōmə (Wintershoven) Betalen, over de brug komen [afschieten?] [N 21 (1963)] III-3-1
betrekken (lucht) toe lucht: tàw loͅuj (Wintershoven) dicht gaan zitten zodat er regen dreigt, gezegd van de lucht [de lucht overtrekt, groeit, belommert] [N 22 (1963)] III-4-4
beugeltas kalebas: kalba:s (Wintershoven) tas, sierlijke ~ met beugel die men s zondags op de overrok draagt [beugeltes] [N 24 (1964)] III-1-3
bevruchten vogelen: vou̯.xǝlǝ (Wintershoven) Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.] I-12
bewolking lucht: (m.)  də loͅuj (Wintershoven) bewolking, zwerk, wolkendek [schoft] [N 22 (1963)] III-4-4
bezem bessem: bɛ̄.sǝm (Wintershoven) Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4