25573 |
bewerken van het deeg op de werktafel |
plathouwen:
plathōwǝ (P177p Zepperen)
|
De vraagstelling van N 29, 30b was: Welke bewerking ondergaat het deeg hier (op de werktafel): 1. platkloppen. 2. droogwerken. 3. doorslaan, 4. nog andere bewerkingen? Deze vraagstelling heeft de informanten toch wel problemen bezorgd bij de invulling. Woordtypen uit groep 4 en uit groep 1, 2 en 3 die per se iets anders aanduiden dan "platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan", zijn naar de desbetreffende lemmata overgebracht. In dit lemma zijn vooral de synoniemen van ..platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan" verwerkt. De voorrijs wordt beëindigd door de doorslag. Wanneer het deeg in de trog ligt, wordt het met de hand in stukken verdeeld, die gevouwen en gekneed worden, zodat het grootste gedeelte van het gevormde koolzuurgas en de gevormde alcohol eruit verwijderd worden (Schoep blz. 97). Door de doorslag wordt echter ook de kleefstof weer in aanraking ge-bracht met nieuw, ongebonden water, waardoor de nazwelling van de kleefstof bevorderd wordt. Hierdoor wordt het deeg droger (Schoep blz. 98). [N 29, 30b; N 29, 34; monogr.]
II-1
|
25107 |
bewolkte lucht |
heel overlopen lucht:
(de) looch is heel euverloope (P177p Zepperen),
heel euverloope (P177p Zepperen),
heel zwarte lucht:
(de) louch is heel ẓwat (P177p Zepperen),
de loech is heel zwat (P177p Zepperen)
|
bewolkt [ZND 32 (1939)]
III-4-4
|
18839 |
bezadigd |
genoeg:
ook materiaal znd 21, 18
inne moaən di-je genoeg hət (P177p Zepperen),
kalm:
ook materiaal znd 21, 18
kaləmə (P177p Zepperen)
|
bezadigd [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19613 |
bezem |
bessem:
bɛsǝm (P177p Zepperen),
bezem:
beͅsəm (P177p Zepperen),
bɛsəm (P177p Zepperen, ...
P177p Zepperen)
|
bezem [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b]
I-4, III-2-1
|
19729 |
bezemsteel |
steel:
stē̞i̯l (P177p Zepperen)
|
bezemsteel [RND]
III-2-1
|
19303 |
bezig zijn |
bezig zijn:
zēn beizig bä (P177p Zepperen)
|
bezig zijn [ZND 19a (1936)]
III-1-4
|
21509 |
bezoeken |
bezoeken:
bezukke (P177p Zepperen, ...
P177p Zepperen),
bəzukə (P177p Zepperen)
|
Kom mij eens bezoeken. [ZND 21 (1936)]
III-3-1
|
25654 |
bezorgen |
uitvaren:
ǭtvārǝ (P177p Zepperen)
|
Brood thuis bezorgen. Het woordtype "kremeren" duidt op het feit dat het brood niet door de rondbrenger gebakken is maar dat het door een grote bakkerij of broodfabriek geleverd wordt. Een eventueel opgegeven object "brood" wordt niet gedocumenteerd. [N 29, 99a, N 29, 99b; N 29, 100 add.; monogr]
II-1
|
17996 |
bibberen |
beven:
beejve (P177p Zepperen, ...
P177p Zepperen),
bävə (P177p Zepperen),
bibbelen:
bubbele (P177p Zepperen, ...
P177p Zepperen)
|
beven, bibberen [ZND 21 (1936)]
III-1-2
|
23200 |
bidden |
beden:
djə mut bejə (P177p Zepperen),
ji-je moeit bi-je in de kɛirek (P177p Zepperen),
bidden:
ji-je moeit bidde (in de kɛirek) (P177p Zepperen)
|
Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)]
III-3-3
|