e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zolder

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
korte broek korte broek: korte broak (Zolder), ən koͅrtə brok (Zolder) een korte broek [N 59 (1973)] III-1-3
korte laars get: gèt (Zolder), gètten (Zolder), strump: strumpen (Zolder) Laars, een paar laarzen (laars die alleen het been bedekt tussen enkel en knie) [ZND 37 (1941)] III-1-3
korte onderbroek? korte onderbroek: korte onərbrok (Zolder) onderbroek, korte ~ [N 25 (1964)] III-1-3
korte overjas driekwartjas: dreͅikwàrt jas (Zolder), halve overjas: hàlvən ø͂ͅverjàs ut pardəsystoͅf (Zolder), hàlvən ø͂ͅverjàs ut àlərlē dekstof (Zolder) korte overjas (hoe zag deze eruit, van welke stof was deze gemaakt) [N 59 (1973)] III-1-3
korte zijkant van de mand zijkant: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  de zeika.nt (Zolder) Hoe heet verder in Uw dialect: korte zijkant van de mand? [N 93 (1983)] III-3-2
korteafstandsvlucht vitessespel: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  et vetésspee.l (Zolder), vitessevlucht: vietésvlu.cht (Zolder), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  en vetésvlucht (Zolder) korte afstandsvlucht (minder dan 100 km)? [N 93 (1983)] || Snelheidswedvlucht (voor duiven). III-3-2
kortwieken afsnijden: afsnē̜i̯ǝ (Zolder), afsnęi̯ǝn (Zolder) Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.] I-12
kossem lel: lɛl (Zolder) Huidplooi of kwab onder de hals van een rund. [N 3A, 107] I-11
kosten gelden: ps. omgespeld volgens Frings.  gø~lə (Zolder) Kosten, waard zijn; "wat kosten de biggen tegenwoordig?"[doen, uitdoen, gelle, gelden, gille? "wat gelle de baggen?"] [N 21 (1963)] III-3-1
koster koster: de kuster (Zolder), de köster (Zolder), k^ö.stər (Zolder) koster [RND] || Koster. [ZND 37 (1941)] III-3-3