e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zonhoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vernis vernis: fǝrnes (Zonhoven), vǝrnes (Zonhoven) Bij kamertemperatuur vloeibare massa, die in dunne lagen over voorwerpen wordt gestreken en daarop een doorschijnende, tegen de invloed van lucht en water beschermende bedekking vormt. Vernis bestaat uit een oplossing van harsen in lijn- of terpentijnolie of andere oplosmiddelen. [N 67, 21a; monogr.] II-9
vernissen vernissen: vǝrnesǝ (Zonhoven) Met vernis bestrijken. Een dunne laag uitgestreken vernis droogt op tot een glanzende, doorschijnende laag. Vernis kan zowel gebruikt worden als bescherming voor onderliggende verflagen als ter verfraaiing. [N 67, 66b; monogr.] II-9
vernomen verhaal gehoord: gehuurd (Zonhoven) een vernomen verhaal [meul] [N 87 (1981)] III-3-1
verpachte banken kerkstoelen: ne kerkstoel (Zonhoven) De kerkbanken waarvan de plaatsen aan parochianen verpacht werden. [N 96A (1989)] III-3-3
verplichte feestdag verplichte feestdag: verplichte fiestdaog (Zonhoven) Een geboden, verplichte feestdag [festerandach]. [N 96C (1989)] III-3-3
verschaald verschaald: verschoald (Zonhoven), meestal verl. deelw. Verschòòël¯t bȉ.ër: verschaald bier  verschòòël’t (Zonhoven), zuur: zōē.ër (Zonhoven), Zoe z؉.ër as eek  zōē.ër (Zonhoven) min of meer bedorven || verschaald || verschaald; Hoe noemt U: Door lang staan geur en kracht verloren hebbend, gezegd van bier (verschaald) [N 80 (1980)] III-2-3
verschalen verschalen: verschòòële (Zonhoven) verschalen III-2-3
verschieten afschieten: aafschieten (Zonhoven) anders worden van kleur door het (zon)licht, gezegd van bijv. kledingstukken [verschieten, afgaan] [N 91 (1982)] III-4-4
verschillende knikkerspelen: slang schieten slang schieten: Sub slang.  slang schieten (Zonhoven), slangetje schieten: Sub slang.  sléngske schīē.ëte (Zonhoven) [Knikkerspel]. || Een soort knikkerspel dat gespeeld werd in een kronkelende holte in de grond. III-3-2
verschillende knikkerspelen: slang schieten add. slang: Slang schieten, n slang maken.  slaŋ (Zonhoven) Slang: Kronkelende holte in de grond waarin men knikkert. III-3-2