28534 |
bijendans |
achtdans:
achtdans (L333p Asenray / Maalbroek),
bijendans:
bejǝdans (Q113p Heerlen),
bi-jǝdans (Q019p Beek, ...
L384p Herkenbosch),
bi.jǝdaǝns (L289p Weert),
bęjǝndans (L244d Ysselsteyn),
bęjǝndās (Q003p Genk),
dans:
dans (L371a Geistingen, ...
L330p Herten,
L329p Roermond),
dā.s (L414p Houthalen),
honingdans:
hoaneŋdāns (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
honeŋdans (L210p Venray),
hǫwneŋdās (P177p Zepperen),
kwispeldans:
kwespǝldans (L333p Asenray / Maalbroek),
kwispǝldans (L428p Born),
pollendans:
pollendans (Q009p Maasmechelen, ...
L416p Opglabbeek),
pǫlǝdans (L265p Meijel),
pǫlǝndans (L421p Dilsen),
richtingsdans:
richtingsdans (K278p Lommel),
rondedans:
rondǝdans (L215a Wellerlooi),
ronǝndā.ǝs (Q071p Diepenbeek),
sint-vitusdans:
sentfitǝsdans (L333p Asenray / Maalbroek)
|
Kwispel- of rondedans die de haalbij in de korf of kast op de raten uitvoert, om aan de andere bijen mee te delen waar zij een honing- of stuifmeelbron gevonden heeft. De bij loopt over de raat en beschrijft een acht. Als zij op de raaklijn van de twee ronden is, beweegt ze haar achterlijf heen en weer. Deze beweging lijkt op kwispelen. De bij wil met de dans de richting aangeven waarin het voedsel gezocht moet worden en de afstand van woning tot voedselbron (Vos, pag. 15). [N 63, 42]
II-6
|