e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rechtvaardig achterhouden: àgtərhaajə (Roermond), billijk: billik (Posterholt), consequent: kônsekwent (Venlo), correct: krèk (As), kòrrèkt (As), eerlijk: eerlik (Kapel-in-t-Zand), ierlek (Meerlo, ... ), ierlig (Heerlen), ierlijk (Eys, ... ), ierlik (Heerlen, ... ), ierlisch (Vaals), ieërlik (Voerendaal), iërlik (Echt/Gebroek), īērlik (As), jerlik (Stein), ‧iərlex (Eys), ‧iərlək (Eys), ps. invuller twijfelt over het antwoord!  ieërlik ? (Ell), fijn: fijne vent (Wijlre), gerecht: gerech (Beek), gereg (Geulle), geregt (Meijel), gerechtig: gerechtig (Kesseleik, ... ), gerègtig (Montfort), gərēgtig (Nieuwenhagen), gərèchtich (Susteren), ieder het zijnd geven: eedər ət zijnd geevə (Maastricht), juste (fr.): zjus (Gronsveld), open: aope (Venlo), oprecht: oprech (Susteren), recht: reëht (Vaals), règ (Nieuwenhagen), rèât (Montzen), met een punt op de e  rech (Sittard), rechtschapen: rechschaope (Venlo), rechsjaope (Maastricht), rechtsjāpe (As), rechtuit: rechtoet (Heythuysen), rechtutj (Meijel), rècht əət (Loksbergen), oes"klankwettig in Kerkerade  reët oes joa (Kerkrade), rechtvaardig: raech(t)verrig (Castenray, ... ), rechfeerdig (Sint-Truiden), rechfēͅrdəch (Opgrimbie), rechfierich (Bilzen), rechfiârdig (Zonhoven), rechfjaarig (Hasselt), rechfêrdig (Lanklaar), rechfɛ̄rdəch (Rekem), rechtfijadich (Kanne), rechtfä:rdech (Peer), rechtvaardig (As, ... ), rechtvaerdig (Nunhem, ... ), rechtvārig (Vliermaal), rechtveejdig (Jeuk), rechtveerdig (Eksel, ... ), rechtveirdig (Amby, ... ), rechtveiëdig (Mielen-boven-Aalst), rechtverrig (Tessenderlo), rechtvērdig (Neeroeteren), rechtvēͅrdig (Hamont, ... ), rechtvĕĕrdig (Merkelbeek), rechtvierdig (Weert), rechtvieërdig (Altweert, ... ), rechtvijdig (Loksbergen), rechtvjadeg (Val-Meer), rechtvjadich (Kermt), rechtvèdig (Velm), rechtvèrdig (Niel-bij-As, ... ), rechtvèrig (Heusden), rechtvèèrdig (Blitterswijck, ... ), rechtvéérdich (Kelpen), rechtvéérdig (As), rechtvêêrdig (Ophoven), rechvaardig (Born, ... ), rechvae:rdig (Roermond), rechvaerdig (Geleen, ... ), rechvairdig (Maasniel, ... ), rechveerdig (Doenrade, ... ), rechveirdig (Amby), rechveëdig (Gulpen), rechvĕĕrdig (Schimmert), rechvierdeg (Caberg), rechvierdig (Maastricht, ... ), rechvjaadich (Kuringen), rechvjadig (Kortessem), rechvjaâdich (Wellen), rechvèrdig (Gronsveld), rechvèèrdig (Genk, ... ), rechvéédig (Urmond), rechvéérdich (Beesel), rechvéérdig (Oirsbeek), refeirdig (Lanaken), refieërig (Bilzen), refjadeg (Zichen-Zussen-Bolder), regtfēͅrdich (Sint-Huibrechts-Lille), regvaardigge (Vlodrop), regveerdich (Eisden), regveërdich (Wijnandsrade), regvierdig (Maastricht, ... ), rejətvejədich (Montzen), rēͅchvērdəch (Riksingen), reͅchfērdech (Maastricht), reͅchfēͅrĭg (Genk), reͅchfiødəch (Martenslinde), reͅchfjārəch (Bommershoven), reͅchtfēdich (Sint-Truiden, ... ), reͅchtvērdəch (Molenbeersel), reͅchtvēͅrdech (Peer), reͅchtvēͅrdəg (Rotem), reͅchviadəch (Gelinden), reͅf⁄ādig (Koninksem), reͅxtvēͅrdəx (Meeuwen), rächfjärəch (Lommel), rächfärəch (Tessenderlo), rächvjādich (Hoepertingen), rädvädege (Montzen), rätvädeg (Montzen), rèchféérdəch (Meeswijk), rèchtveerdig (Sint-Truiden), rèchtvjèreg (Beverlo), rèchtvéérdəch (Meeuwen), rèchvierdəch (Maastricht), rèchvéérdig (Schinnen), rèchvêêdich (Heerlen), rèchvêêdəch (Epen), réchfiárich (Zonhoven), réchféérdich (Reuver), réchtviár(d)ich (Zonhoven), réchveerdich (Venlo), réchvêrdig (Gronsveld), rêchvjeddich (Hoeselt), rəchtvēͅrdech (Hamont, ... ), (ê).  rechtvaerdig (Neer), ps. boven de è staat nog een lengteteken; deze combinatieletter kan ik niet maken/omspellen!  rèchvierdich (Maastricht), rechtvaarlijk: rëfièlik (Tongeren), rechtvort: recht vòrt (Sevenum), rechtvort (Sevenum), rechtvort zien (Maasbree), richtig (du.): richtig (Geleen), rĭchtĭg (Nieuwenhagen), serieus: serieus (Eigenbilzen), vaardig: ps. Algemene note: Het omspellen van het Eksels dialect is misschien niet helemaal correct (geen spellingslijst daarvoor ik heb het bij benadering omgespeld!  vēͅərdix (Eksel) handelend naar recht en billijkheid, rechtvaardig [gerecht, gerechtig] [N 85 (1981)] || rechtvaardig || rechtvaardig(heid) || Rechtvaardig. [ZND 06 (1924)] III-1-4