e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tabak baai: bai (Tongeren), baai is tabak  baai (Maastricht), baai van baaj kins-te gein siegrette rólle  baa:j (Roermond), Goje baai veur de piep  baai (Maastricht), baaitabak: bajtabak (Montzen), fleur de matras: fleur de metras (Venlo), goudron: Heer rouk altied goedrao  goedrao (Maastricht), grofsnit: jraof’sjnit (Bleijerheide, ... ), haltmadam: Knastër of haltmëdam: knaster eigenlijk varinatabak (fijne rooktabak) doch hier ironisch gebruikt voor slechte waar. Men ontving zoveel van deze tabak dat men de verkoopster moest doen stoppen  haltmëdam (Tongeren), kapsel: kepsel (Hasselt), knaster: knaster (Echt/Gebroek, ... ), zie haltmëdam Eigenlijk varinatabak (fijnste rooktabak) doch hier gebruikt voor doorslechte waar. Men ontving zoveel van deze tabak dat men de verkoopster moest doen stoppen  knastër (Tongeren), knasterd: kenastert (Maastricht, ... ), knastert (Maastricht), Een knaster is eigenlijk een rieten korf, waarmee vroeger allerlei vruchte en ook tabak uit vreemde landen werd ingevoerd. De tabak was wel eens vochtig door het zeewater en had dan een walgelijke geur  knastert (Altweert, ... ), War rouks diech dao veur knastert, de hiel kamer stink devaan! zeker, merk stinkominko, kotsemale  knastert (Maastricht), zo genoemd naar de mand "canaster"waarin hij verpakt is  knastert (Valkenburg), rooktabak: rouktebak (Roermond), tabak: da’s zwaore tabák (Eksel), des steͅrkən tabak (Sint-Huibrechts-Lille), des steͅrkən tabák (Sint-Huibrechts-Lille), dĕ is sterken tabák (Wijchmaal), deͅ es steͅrkə təbak (Wijchmaal), deͅsteͅrkən tabak (Hamont), tabak (Afferden, ... ), tabàk (Schimmert), te-bak (Blitterswijck), tebak (Altweert, ... ), tōēbak (Heel), e toonloos  tebak (Gennep), r Schón tebák van hebbe: er meer dan genoeg van hebben Gén piëp tebák werd zien: zich verre van fit voelen  tebák (Castenray, ... ), toebak: daas sterəkə toobak (Kermt), dad es stɛrkən tŭbak (Rekem), das sterken tŭwbak (Rosmeer), das sterkə tubak (Riksingen), das steͅrken tubak (Hoepertingen), das steͅrkĕ tubak (s-Gravenvoeren), das steͅrkə tubak (Bommershoven, ... ), das steͅrəkən tou̯bək (Lanaken), das stɛrkən tubək (Mielen-boven-Aalst), das štēͅrkĕ tubak (s-Gravenvoeren), das zwaren toebak (Houthalen), dasterkən tubak (Martenslinde), dat es sterke toebak (As, ... ), dat es sterke tubak (Bilzen), dat is schwoeren toebak (Amby), dat is sjtrangə toebak (Montzen), dat is sjtrangə tubak (Montzen), dat iz zwoarën tŏĕwbak (Lanklaar), dat ’s starka tubak (Koninksem), dās steͅrkən tubak (Zonhoven), da’s sterke toebbak (Val-Meer), da’s sterken toebak (Velm, ... ), da’s sterkən tubak (Eisden), da’s steͅrkən tobak (Sint-Truiden), da’s steͅrkən tubak (Gelinden), da’s zwaoëren toebak (Tessenderlo), da’s zwōaren toebak (Tessenderlo), da’s zwōrĕn tubak (Oostham), des steͅrkən tubak (Sint-Huibrechts-Lille), det es sterkən tūbak (Sint-Huibrechts-Lille), det es sterkən tūbək (Sint-Huibrechts-Lille), deͅs zwōͅrən tubak (Rotem), deͅt ez steͅrkən tybĕk (Opglabbeek), də’s stɛrə’ən tubək (Tessenderlo), šteͅ.rənə tubak (Montzen), tobak (Reuver), toebak (Amby, ... ), toeba͂k (Heer), toebbëk (Tongeren), toebek (Horn), toebik (Beegden), toubak (Eijsden, ... ), touwbak (Maastricht), toèbak (Schimmert), toébak (Hasselt), toûbak (Gronsveld), tōēbak (Heek, ... ), tōēbik (Buggenum), tŏĕbak (Rimburg), tŏĕbak (ŭ) (Vijlen), tubAk (Borgloon), tubak (Eupen, ... ), tybək (Meeuwen), tóbbak (Diepenbeek), tôebbak (Hoeselt), tùbak (Beverlo), zwōͅ:rən tú:bak (Opgrimbie), (Mann).  toebak (Berg-en-Terblijt), Det is mich nog gein pi-jp tûbik wèèrd: het is me niets waard  tûbik (As, ... ), Det is straffen tûbek: dat is nogal kras  tûbek (As, ... ), Doa jef iech nog jing pief toeë¯bak mieë vuur  toeë’bak (Bleijerheide, ... ), dèè is nog geen pijp toubik wèèrd: dat is niets waard  toubik (Genk), Dêe toebbàk van mèt Zégërs és sjau g؉d  toebbàk (Tongeren), E pekske tebak lichte tebak  toe:bak (Roermond), lichtˆ toebák Zwòòërˆ toebák  toebák (Zonhoven), Zwoeren touwbak E pekske touwbak Dee allerwijl touwbak plant, is good aof De rouk van d¯n tobbak, dee weer zwaamp  tobbak (Maastricht) baai || Belgisch tabaksoort || dat is sterke tabak [ZND 07 (1924)] || gedroogde tabaksbladeren || grof gesneden tabak || kanaster || minderwaardige tabak e.a. dingen || rooktabak || slechte tabak || soort tabak || tabak [SGV (1914)] || wat oud en taai is: oude tabak || zelfgeteelde tabak in w.o. II || Zuidamerikaanse tabak III-2-3