e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P055p plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
witte kanten muts waarop een sierkrans werd gedragen gekroezelde muts: gəkruzəldə moͅəts (Kermt) muts, witte kanten ~ waarop een sierkrans wordt gedragen {afb} [kroezel-, frul-, froezel-, krul-, poffermuts] [N 25 (1964)] III-1-3
witte kanten muts zonder sierkrans kwade muts: kōəmots (Kermt) muts, witte kanten ~ zonder kroon als doordeweekse hoofdtooi, door oudere en minder gegoede vrouwen ook s zondags gedragen {afb} [N 25 (1964)] III-1-3
witte kool kabuis: kabaus (Kermt), kool: kuil (Kermt), witte kool: witə kul (Kermt) [Goossens 1b (1960)] [Lk 05 (1953)] I-7
witte kwikstaart akkermannetje: akkermenneke (Kermt), akkermenneken (alg.) (Kermt), kwikstaartje: kwikstetəjə (Kermt) kwikstaart [ZND 01 (1922)] || kwikstaart (witte) || kwikstaart, wit (Motacilla alba alba L.) [Lk 04 (1953)] III-4-1
witte muts met een strik onder de kin kornetje (<fr.): kərneͅtšə (Kermt) mutsje, witte ~ dat met een strik onder de kin wordt vastgeknoopt [N 25 (1964)] III-1-3
witte muts met fijne plooien en een afhangend strookje kornet (<fr.): kərneͅt (Kermt) muts, witte ~ met fijne plooien om het voorhoofd en een afhangend strookje van achteren {afb} [N 25 (1964)] III-1-3
witte muts met sierkrans en afhangende linten krulmuts: kroͅlmoͅəts (Kermt) muts, grote witte ~ waarop een dikke hoefijzervormige krans met afhangende linten wordt gedragen {afb} [poffer-, kröl-, frul-, knip-, greute muts] [N 25 (1964)] III-1-3
woede vergiftigde kadee: vərgiftigə kadeej (Kermt) gift (woede) [ZND 01 (1922)] III-1-4
wolfseinde halve noord: halvǝ nōrt (Kermt) Driehoekig dakvlak boven een afgeknotte gevel. [N F, 47c; N 4A, 23b; N 4A, 23a; monogr.] II-9
wolfsgebit, gebroken gebit watertoom: wɛtǝrtum (Kermt) Dit bit, gebruikt om moeilijke paarden te beteugelen, heeft een stang die in het midden scharniert. Het wordt vooral gebruikt bij rijpaarden. Op verscheidene plaatsen heeft dit soort bit kennelijk geen aparte naam. Dit wordt uitdrukkelijk gemeld voor: Q 80, 152, 162, 182. Er bestaan ook wolfsgebitten met een beugel in het midden om moeilijke paarden te beteugelen. De namen voor de twee types worden niet strikt uit elkaar gehaald. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 43] I-10