e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L324a plaats=Leveroy

Overzicht

Gevonden: 489
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
raar, vreemd raar: raar (Leveroy) raar [DC 02 (1932)] III-1-4
rammelaar rekel: rèkel (Leveroy) konijn, mannetje [DC 04 (1936)] III-2-1
recht vooruitstoten met de armen recht vooruitstoten: mèt de erm recht vroet stôête (Leveroy) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechte, vormeloze benen stiepen: stiepe (Leveroy) benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)] III-1-1
rechtstaande oren fikoren: fikŏĕre (Leveroy), oren wie notenbladeren: i.e. grote, platte oren.  ŏĕre wie noteblajer (Leveroy) oor: rechtstaande oren [fikoorkes] [N 10 (1961)] III-1-1
reiken naar pakken naar: get prebere te pakke (Leveroy) reiken, met de handen naar iets reiken [iest beraome] [N 10 (1961)] III-1-2
restant vogels jonge spreeuwen: jung sjprēn (Leveroy), kruisbek: alleen in kandidaatsscriptie  kruusbèk (Leveroy) jong van de spreeuw [DC 06 (1938)] || kruisbek III-4-1
restant zoogdieren das: das (Leveroy, ... ), dàs (Leveroy) das [DC 07 (1939)] III-4-2
rib rib: rub (Leveroy) rib, ribben [N 10 (1961)] III-1-1
rietgors rietmus: reetmös (Leveroy) rietgors III-4-1