25825 |
nagisten |
gisten:
gestǝ (L387p Posterholt),
giǝstǝ (Q078p Wellen),
lageren:
lā.gǝrǝ (L290p Panningen),
lāgǝrǝ (P120p Alken, ...
L325p Horn,
Q095p Maastricht,
Q101p Valkenburg),
lāgǝrǝn (Q032p Schinnen),
liggen:
leqǝ (L282p Achel, ...
L325p Horn),
ligǝ (P120p Alken),
nagisten:
nøgīstǝ (P120p Alken),
nǭgestǝ (L325p Horn, ...
Q032p Schinnen,
L210p Venray),
nǭgęstǝ (L318p Stramproy),
nastoten:
(het bier) štø̄t nǭ (Q020p Sittard),
%%deze opgave duidt op het resultaat van de nagisting: helder zijn%%
hęldǝr zīǝn (L294p Neer),
rijpen:
rijpen (L250p Arcen),
ręjpǝ (P180p Kerkom),
rīpǝ (Q095p Maastricht),
rusten:
rø̜stǝ (L325p Horn),
werken:
werken (Q095p Maastricht)
|
Gezegd van bier. De nagisting ondergaan in legervaten, legerkuipen of legertanks. Het woordtype "lageren" (L 290, L 325, P 120, Q 32, Q 95, Q 101) kan zowel overgankelijk als onovergankelijk worden gebruikt. Gezien de formulering van vraag N 35, 80: "Hoe noemt u het eigenlijke nagisten? Het bier moet ..." zijn bovengenoemde opgaven in dit lemma opgenomen. Zie ook het lemma ''legeren''. Het woordtype "nastoten" (Q 20) wordt gebruikt wanneer het bier tijdens de nagisting nog tamelijk hevig gist (Claessen, pag. 2. 45). Volgens de invuller uit P 180 bleef het bier tot zes maanden liggen. [N 35, 80; monogr.]
II-2
|