e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zeil minderen aftrekken: aftrekken (Beesel, ... ), aftrękǝ (Keent, ... ), āftrękǝ (Ell, ... ), afzeilen: afzeilen (Horn, ... ), af˲zęjlǝ (Eksel, ... ), āf˲zę̄jlǝ (Beek, ... ), inkorten: enkortǝ (Beek), enkǫrtn (Hamont), enkǫrtǝ (Boorsem, ... ), inkorten (Voerendaal), ī ̞nkǫrtǝ (Gronsveld), korten: korten (Arcen, ... ), kortǝ (Meijel), kuǫrtǝ (Stevensweert), kø̜rtǝ (Stramproy, ... ), kø̜tǝ (Lummen, ... ), kǫrtǝ (Baexem, ... ), op half zetten: ǫp halǝf˱ zętǝ (Hamont), op storm trekken: op storm trekken (Peij), op storm zetten: ǫp stø̜rǝm zętǝ (Hamont), opdraaien: ǫp˱dręjǝ (Weert), opkorten: ǫpkǫrtǝ (Kaulille), oprollen: ǫprǫlǝ (Meterik), reven: reven (Beegden), rond opkorten: rǫnt˱ ǫpkø̜rtǝ (Weert), storm trekken: storm trekken (Linkhout), tippen trekken: tøpǝ trękǝ (Lummen), zeil aftrekken: zēl āftrɛkǝ (Merselo), zeil inkorten: zęjl enkǫrtǝ (Lummen), zeil korten: zeil korten (Leunen, ... ), zęjl kǫrtǝ (Beringe) Bij oplopende wind de zeilen geheel of gedeeltelijk oprollen om de windvang te verminderen. In l 288b, l 318a en l 320a wordt de term aftrekken gebruikt voor het geheel oprollen van de zeilen, terwijl de benamingen korten (l 245, l 246, l 288, l 318a, l 320a) en inkorten voor het gedeeltelijk minderen van de zeilen gebruikelijk zijn. [N O, 7d; Sche 36; A 42A, 74; N O, 7g] II-3