id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
20461 | hoerig | geil, wellustig: hoerig (Belfeld, ... ), Gemeen. horig zēēn (Herten (bij Roermond)), loops: horex (Montfort), manziek: Vgl. fluit / hoertje. hoerig (Belfeld), vrouwziek: Onbeleefd. horig (Ell), Vgl. hoerejaeger. hoerig (Belfeld), wulps: zie ook WLD III, 2.2. lemmata "onkuis"en "geil, wellustig hoorig (Herten (bij Roermond)) III-1-4, III-2-1, III-2-2 |