id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
21817 | zwebbelen | druk praten: vgl. WNT: zwabbelen, 10. onverstaanbaar spreken, wouwelen, mummelen; -11. babbelen, leuteren, kletsen, zwetsen. zjwebbele (Gronsveld), kletsen: vgl. WNT: zwabbelen, 10. onverstaanbaar spreken, wouwelen, mummelen; -11. babbelen, leuteren, kletsen, zwetsen. sjwébbele (Voerendaal) III-3-1 |