id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
17941 | murken | druk heen en weer lopen: mūrəkə (Paal), ijsberen: mūrəkə (Paal), kniezen: he is altijd an t meürken (Borlo), knikkertermen: murke (Lottum), overhoop halen: murken (Lommel), woelen: Bij trefwd. woelen wordt verwezen naar wroeten. (rùnd)mùr"ke (Beverlo), wroeten: moerken (Eksel) III-1-2, III-1-4, III-3-2 |