e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
roe garde:   de roe (Sittard), ein roe (Thorn), roe (Blerick, ... ), roo (Gulpen, ... ), rou (Schinnen, ... ), rōē (Maastricht), rŏĕ (Meijel, ... ), ròw (Nieuwenhagen), (bosje rijshout).  roe (Beesel), Note v.d. invuller: (aan t nederl. ontleend, ter kastijding gebruikte men een "stók"). Van takjes en twijgjes maakte men wel een garde voor de keuken, genoemd: kloprieske.  roe (Tienray), restant zoogdieren:   roe (stoott.) (Echt/Gebroek), roede:   roe (Sevenum), schurftmijt: Additie bij vraag 10: schurft heet de roe  de roe (Maasbracht), dus geen rui (vooral bij schapen)  ruuj (Noorbeek, ... ), stok of twijg om een kind te straffen: Een gard, garde is géén stok maar een bosje rijshout ; hier wordt duidelijk naar "stok of twijg om iemand te straffen"verwezen en wordt daar opgenomen.  rīē (Martenslinde), znd 23, 60c;  roe-e (Groot-Gelmen), ruu (Millen), teek: vrij naar het WLD Additie bij vraag 9 e.v.: = schurft  de roe (Klimmen) I-12, III-2-2, III-4-2