e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
scherf botervlootje:   sjerref (Eygelshoven), hinkelblokje:   scherf (Zonhoven), schjerf (Heerlerheide), schɛrəf (Hamont, ... ), šärf (Molenbeersel), een steen of houten blokje  sjerf (Roermond), pannenscherfje of platte kei  sjerf (Oirsbeek), potscherf  sjerf (Haelen), stuk scherf van een dakpan  sjerf (Thorn), mager kalf:   šɛrf (Neeritter), magere koe:   šɛrf (Vlodrop), overstekend dakgedeelte op de binnenplaats:   šø̜rǝf (Rotem), paarderuif:   šɛrǝf (Opglabbeek), scheef, niet recht:   sjèrf (Heythuysen), scherf:   skeͅrəf (Mielen-boven-Aalst), skɛrf (Hoepertingen), skɛrəf (Paal, ... ), sxeͅrf (Meldert), sxeͅrəf (Houthalen), sxøͅrəf (Herk-de-Stad), sxɛrf (Koersel), sxɛrəf (Helchteren, ... ), sxɛ̄rv (Eksel), sxɛ̄rəf (Overpelt), šerf (Roermond, ... ), šeͅrəf (Tongeren), šoͅrf (Bree), šøͅrf (Beverst), šøͅrəf (Opoeteren), šɛrf (Bilzen, ... ), šɛrəf (Maaseik), schop, afdak voor landbouwgereedschappen:   šɛrǝf (Mal, ... ), strosnijbak:   sxɛrǝf (Koersel), zwak en mager persoon:   ⁄n sjèrref (Klimmen) I-11, I-4, I-6, III-1-1, III-2-1, III-3-2, III-4-4