e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
sloof asblok:   slou̯f (Bolderberg), omhulsel van het teellid:   sluf (Berverlo), sluǝf (Kerkhoven), slū.f (Hechtel), onelegant paard:   šlǭf (Smeermaas), schootsvel: Splitleer. WNT: sloof (II), 5) Voorschoot, schort, gewoonlijk een kort werkmansvoorschoot.  slóóf (Milsbeek), WNT: sloof (II), 5) Voorschoot, schort, gewoonlijk een kort werkmansvoorschoot.  slōf (Meijel), schort zonder borststuk: Plaatselijk is de sloef een lange voorschoot met bovenstuk, gedragen door de smid, kelner of schoenmaker. WNT: sloof (II), 5) Voorschoot, schort, gewoonlijk een kort werkmansvoorschoot.  sloef (Kortessem), WNT: sloof (II), 5) Voorschoot, schort, gewoonlijk een kort werkmansvoorschoot.  sjloof (Kerkrade), slaof (Heythuysen), sloeëf (Oirlo, ... ), sloeəf (Oirlo, ... ), sloof (Blerick, ... ), slouf (Blerick, ... ), slōf (Venray), voorschoot:   sluǝf (Sevenum), slōf (Meijel, ... ), šlōf (Rothem, ... ) I-13, I-9, II-1, II-10, III-1-3