e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beverst

Overzicht

Gevonden: 2943
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bewaarplaats van bieten en groenvoer in de stal voerhoek: vūrhuk (Beverst) De plaats in de stal waar bieten en groenvoeder worden bewaard voor direct gebruik. De grote voorraad bevindt zich buiten de stal. De in de stal bewaarde hoeveelheid is voldoende voor enkele keren voederen. Sommige woordtypen benoemen niet een specifieke opslagplaats voor bieten en groenvoeder, maar duiden in het algemeen de ruimte aan waarin men dit voeder opslaat. Zie voor de fonetische documentatie van de woorden (voerhuis), (voederij), (voerij) en (voerderij) het lemma "voorstal, voedergang" (2.2.5). [N 5A, 34c] I-6
bewerken van het deeg op de werktafel afduwen: ovdǭwǝ (Beverst), droogkloppen: dręjx klopǝ (Beverst) De vraagstelling van N 29, 30b was: Welke bewerking ondergaat het deeg hier (op de werktafel): 1. platkloppen. 2. droogwerken. 3. doorslaan, 4. nog andere bewerkingen? Deze vraagstelling heeft de informanten toch wel problemen bezorgd bij de invulling. Woordtypen uit groep 4 en uit groep 1, 2 en 3 die per se iets anders aanduiden dan "platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan", zijn naar de desbetreffende lemmata overgebracht. In dit lemma zijn vooral de synoniemen van ..platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan" verwerkt. De voorrijs wordt beëindigd door de doorslag. Wanneer het deeg in de trog ligt, wordt het met de hand in stukken verdeeld, die gevouwen en gekneed worden, zodat het grootste gedeelte van het gevormde koolzuurgas en de gevormde alcohol eruit verwijderd worden (Schoep blz. 97). Door de doorslag wordt echter ook de kleefstof weer in aanraking ge-bracht met nieuw, ongebonden water, waardoor de nazwelling van de kleefstof bevorderd wordt. Hierdoor wordt het deeg droger (Schoep blz. 98). [N 29, 30b; N 29, 34; monogr.] II-1
bezadigd serieus: ook materiaal znd 21, 18  serieuze (Beverst), verstandig: ook materiaal znd 21, 18  verstennige (Beverst) bezadigd [ZND 01 (1922)] III-1-4
bezem bessem: bɛ.sǝm (Beverst), bezem: bēͅsəm (Beverst, ... ), bɛsəm (Beverst), bɛ̄səm (Beverst) bezem [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)], [ZND A1 (1940sq)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4, III-2-1
bezemsteel steel: Achter de hoge e moet nog een ? teken staan  stī̞el (Beverst) bezemsteel [RND] III-2-1
bezig zijn ollig zijn: zin ollig met (Beverst) bezig zijn [ZND 19a (1936)] III-1-4
bezoeken bezoeken: bezikke (Beverst), bezikken (Beverst) Kom mij eens bezoeken. [ZND 21 (1936)] III-3-1
bezorgen rondvaren: rontvǭrǝ (Beverst) Brood thuis bezorgen. Het woordtype "kremeren" duidt op het feit dat het brood niet door de rondbrenger gebakken is maar dat het door een grote bakkerij of broodfabriek geleverd wordt. Een eventueel opgegeven object "brood" wordt niet gedocumenteerd. [N 29, 99a, N 29, 99b; N 29, 100 add.; monogr] II-1
bibberen beven: bijeven (Beverst), bibbelen: bibbele (Beverst), rijderen: reiĕre (Beverst) beven, bibberen [ZND 21 (1936)] III-1-2
bidden beden: djè mūt bēͅjen (Beverst), je moĭt bêĕn (Beverst) Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)] III-3-3