e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L286p plaats=Hamont

Overzicht

Gevonden: 4263
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blauwe bosbes aalsbeer: verzamelfiche, ook mat. van ZND02, 3 en ZND16, 2  aolsbeeren (Hamont), elsbeer: eͅlzbēər (Hamont) bosbes || bosbes, alg. [ZND 01 (1922)] III-4-3
blauwe reiger, reiger reiger: reiger (Hamont, ... ), rēͅigər (Hamont) reiger [ZND 41 (1943)] III-4-1
blazen blazen: blōͅəzən (Hamont), bloͅrən (Hamont) blazen [N 10b (1961)] III-1-1
bleek bleek: hēj es zu blīək (Hamont) hij is zo bleek [ZND 21 (1936)] III-1-2
bles witte streep: wetǝ strēp (Hamont) Witte streep op het voorhoofd van de koe. [N 3A, 136b; N 3A, 135b] I-11
blij blij: bléi-j (Hamont) blij III-1-4
blijven wachten blijven: blīēven (Hamont), blīvən (Hamont) blijven [ZND 25 (1937)] III-4-4
blijvend gebit de muil vol: dǝ mul vǭl (Hamont), paardstanden: pē̜rstān (Hamont), pęrstan (Hamont) Op vijfjarige leeftijd heeft het paard een volwaardig gebit, meestal paardstanden genoemd. [JG 1a, 1b; N 8, 18a en 18b] I-9
bliksem, bliksemflits weerlicht: weͅrlixt (Hamont) bliksemschicht, bliksemstraal [weerlicht, blidderum] [N 22 (1963)] III-4-4
bliksemen bliksemen: hət bleksəmt (Hamont, ... ), weerlichten: ət weͅrlixt (Hamont) bliksemen [ZND 21 (1936)] || bliksemen met een felle straal [t vuurlicht] [N 22 (1963)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)] III-4-4