e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L381b plaats=Pey

Overzicht

Gevonden: 1062
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vrucht zetten aanzetten: áánzitte (Pey) Vruchten vormen, vrucht zetten (spenen, laden). [N 82 (1981)] III-4-3
vuil waterx mooswater: mooswatər (Pey) vuil water [mooswater, getwater] [N 81 (1980)] III-4-4
waaks waaks: good waaks (Pey) Hoe noemt u goed, ijverig waken, gezegd van een hond (gewarig, waaks, waakzaam) [N 83 (1981)] III-2-1
wacht wacht: wacht (Pey) de taak om de kazerne te bewaken [vigilantie, wacht, faction] [N 90 (1982)] III-3-1
walm blaak: blaök (Pey), kwalm: kwalm (Pey) dikke vettige damp of rook (walm, kwalm, blaak, zwalm, galm) [N 90 (1982)] III-2-1
walnoot noot: noot (Pey, ... ) Hoe noemt men de vrucht van de walnoot of okkernoot (Juglans regia L.)? [DC 17 (1949)] III-2-3
wang wang: wang (Pey, ... ) Welk woord gebruikt men in Uw dialect om de vlezige zijkant van het gezicht aan te duiden? Hoe spreekt men het uit? [DC 27 (1955)] III-1-1
wapen wapen: waope (Pey) een voorwerp dat bestemd is om iemand letsel toe te brengen of zich ermee te verdedigen [wapen, wapie] [N 90 (1982)] III-3-1
warm weerx warm (weer): werm (Pey, ... ), wĕrm (Pey), zwoelig (weer): zwoelig (Pey) warm [DC 44 (1969)] || warm, gezegd van het weer [smoel] [N 81 (1980)] III-4-4
wasbord wasbred: wasbread (Pey) de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)] III-2-1