e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L282p plaats=Achel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
weekblad? illustratie (<fr.): iellustraotie (Achel) weekblad met veel prenten en fotos [ZND 36 (1941)] III-3-1
weer genezen weer op zijn goede: wer op ne goeiën (Achel) hij is weer op zijn effen (weer genezen) [ZND 34 (1940)] III-1-2
weer naar het jaargetijde bamisweer: bannisweer (oct.-nov.).  bumiswɛ:r (Achel), kroenekranenzomer: kranenzomer.  kruənəkroͅənəzómər (Achel) weer in bepaalde jaargetijden (bijv. [kranenzomer] (zachte nazomer), [bamisweer] (herfstweer) e.d. inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 22 (1963)] III-4-4
weerbarstig wars: wèèrs (Achel) knorrig, koppig, tegenstrijdig III-1-4
weerborstel weerborstel: wērboͅrstəl (Achel), weͅərboͅrstəl (Achel) valse kruin, zomaar ergens in het hoofdhaar [wersboorsel, wirborstel] [N 10 (1961)] III-1-1
weerlichtx weerlicht: weerlicht (o.).  wɛərlixt (Achel) weerlicht waarvan men de eigenlijke straal niet ziet, oplichtend aan de horizon [zeebrand] [N 22 (1963)] III-4-4
weerstand biedend sterk in de muil: stɛrǝk en dǝ mul (Achel) Hard in de bek, minder gevoelig voor de toom. Het paard verzet zich tegen het trekken, vooral bij het begin van een nieuw of lang niet gedaan werk, of als het hard moet trekken. [N 8, 64e] I-9
weesgegroet weesgegroet: wees gegroewt (Achel) Het gebed "Weesgegroet Maria", "Ave Maria", groetenis [jejruust zais(t) de Maria]. [N 96B (1989)] III-3-3
weg weg: we.x (Achel) weg [RND] III-3-1
wegkwijnen achteruitgaan: achteroewt goan (Achel), achteroewt goân (Achel) (Weg)kwijnen: langzaam achteruitgaan, gezegd van een zieke ((weg)kwijnen, (weg)kwelen, afteren, aflopen, achteruit gaan). [N 107 (2001)] III-1-2