e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=As

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
engelbewaarder engelbewaarder: ëngelbewaarder (As) Een beschermengel, bewaarengel, engelbewaarder, schutsengel. [N 96D (1989)] III-3-3
engelse sleutel engelse sleutel: ęŋǝlsǝ slītǝl (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Zolder]) Schroefsleutel die wijder en nauwer gesteld kan worden naar gelang de grootte van de moeren. [N 95, 759] II-5
enig kind enig kind: énnig kēnd (As), koekoeksjong: kŏĕkŏĕksjónk (As) een enig kind; een kind dat geen broers of zusters heeft [koekoek, koekoeksjong] [N 87 (1981)] III-2-2
enkel enkel: enkel (As), eŋkəl (As), zènen enkel kapot loupen (As) enkel [ZND 01 (1922)] || enkel (subst) [ZND m] || zijn enkel stuk stoten [ZND 01 (1922)] III-1-1
enten griffelen: griffele (As), griffelen (As), gruffelen: grøfələ (As) [RND 08] [ZND 01 (1922)] I-7
envelop briefomslag: breefómslaag (As), envelop (<fr.): amvellop (As), àmvlòp (As), ànvlòp (As) de omslag voor brieven [enveloppe, brievenzak, zakje] [N 90 (1982)] || een omslag (van een brief) [ZND 39 (1942)] III-3-1
epidemie besmettelijke ziekte: besmettelike zeekde (As) Epidemie: een besmettelijke ziekte die zich zeer snel uitbreidt (epidemie). [N 84 (1981)] III-1-2
er heet aan toegaan er ruw toe gaan: rów tów gōēn (As), get zijn: get zeen (As), niet min zijn: neet min zeen (As), spannen: spànne (As) er heet aan toegaan, er heftig aan toegaan [spannen] [N 85 (1981)] III-1-4
ereboog ark: ark (As) Een boog opgericht over iemands weg als eerbewijs, bijv. bij een feest [boog, triumf, toog]. [N 88 (1982)] III-3-2
erfenis (erfdeel) erfdeel: érfdèjl (As) het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)] III-3-1