e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

Gevonden: 4283
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
borrelglaasje borrelglaasje: borrelglaeske (Baarlo, ... ) jeneverglaasje met een voetje (borrel) [N 20 (zj)] III-2-1
borst boeg: bōǝx (Baarlo) Zie afbeelding 2.19. [JG, 1b; N 8, 32.2] I-9
borstel berkebessem: bęrkǝbęsǝm (Baarlo  [(vroeger)]  ), borstel: borsel (Baarlo, ... ), heibessen: hęjbęsǝm (Baarlo  [(vroeger)]  ), kloprijsje: Voor het kloppen van zeepsop, gemaakt van geschilde heidetakjes  klop-rieske (Baarlo) andere soorten borstels [DC 15 (1947)] || borstel [DC 15 (1947)], [SGV (1914)] || De borstel waarmee men de koperen ketel schoonmaakte. Volgens de invuller uit L 387 was een "schrobber" een heibezem waarvan de fijne, dunne takken waren afgesneden zodat met dikkere takken heide werd geschuurd. De "schuurbessem" uit L 381b was een, liefst halfversleten, zelf gebonden bezem van dunne berketwijgen of heide. [N 57, 39a] || kwastachtige borstel [DC 15 (1947)] || schrobber (van takjes) [DC 15 (1947)] II-2, III-2-1
borstelig haar stekelvarken: stèkelverken (Baarlo), varkenshaar: verkeshaor (Baarlo) borstelig haar (stekkerhaar, pinhoor] [N 10 (1961)] III-1-1
borsten bollen: bolle (Baarlo), memmen: memme (Baarlo), tieten: tiette (Baarlo) borsten van de vrouw [mamme, memme, tette, tiete] [N 10c (1961)] III-1-1
borstkas borst: borst (Baarlo) borst(kas) [SGV (1914)] III-1-1
borstnet borstnet: bǫrsnęt (Baarlo) Vliegennet dat alleen voor de borst van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83b] I-10
borstriem borstband: bǫrs˱baŋk (Baarlo), trekband: tręk˱baŋk (Baarlo), zeel: zē̜l (Baarlo) Leren riem van het borsttuig die voor de borst van het paard zit. Zie ook opmerking onder lemma Borsttuig. [N 13, 52] I-10
borstrok hemdrok: hémprok (Baarlo) borstrok, onderkledingstuk dat over het hemd wordt gedragen [hemdrok, humperok, sjtoep, liefke, slaoplijf] [N 25 (1964)] III-1-3
borstrok (voor mannen) hemdrok: hémprok (Baarlo) borstrok voor mannen [N 25 (1964)] III-1-3