33749 |
castreren |
castreren:
castreren (L295p Baarlo),
knijpen:
knīpǝ (L295p Baarlo),
snijden:
snii̯ǝ (L295p Baarlo),
šnii̯ǝ (L295p Baarlo, ...
L295p Baarlo,
L295p Baarlo)
|
Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] || Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.] || In dit lemma worden twee manieren van castreren onderscheiden: A. onvruchtbaar maken door de teelballen weg te nemen, weg te snijden of te kwetsen, en B. onvruchtbaar maken door de teelballen af te binden of af te knijpen.. [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.]
I-11, I-12, I-9
|
23886 |
catechismus |
catechismus:
kategismes (L295p Baarlo),
christenleer:
kristelieër (L295p Baarlo)
|
De katechismus, de christelijke leer, de kristenleer, de kinderleer [de kienderlieër, kristelier]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23887 |
catechismusboekje |
catechismus:
kategismus (L295p Baarlo),
kattegissemes (L295p Baarlo)
|
Het boekje [kategèssemes, kategèsm, katejismes]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23889 |
catechismusles |
catechismus:
kategismus (L295p Baarlo),
christenleer:
kristelieër (L295p Baarlo),
school:
chjoel (L295p Baarlo)
|
Het onderricht, katechismusles in de kerk of op school. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
21307 |
cavalier |
cavalier (fr.):
cavelier (L295p Baarlo)
|
Cavelier [SGV (1914)]
III-3-1
|
28448 |
cel |
cel:
cel (L295p Baarlo)
|
Zeshoekige opening in de raat. De cel dient voor het uitbroeden van de larven of voor het bergen van honing en stuifmeel. De wijdte tussen de evenwijdige wanden wisselt naar de bijensoort en de ouderdom der raat van 4,74 mm tot 5,50 mm. De normale diepte is 12 mm maar ze kan ook wat minder zijn. [L 1a-m; S 3; Ge 37, 56]
II-6
|
21451 |
cent |
cent:
eine cent (L295p Baarlo),
enne cent (L295p Baarlo)
|
cent, een ~ [ook oudere woorden als sans?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21539 |
centiem |
centiem:
centiëm (L295p Baarlo)
|
koperen munt van 1 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
20837 |
cervelaatworst |
droogworst:
druugwors (L295p Baarlo),
drûûgwors (L295p Baarlo)
|
droogworst [N 06 (1960)]
III-2-3
|
18824 |
chagrijn |
chagrijn:
chingering (L295p Baarlo)
|
chagrijn [SGV (1914)]
III-1-4
|