e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beegden

Overzicht

Gevonden: 2005
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
luchtpijpen loospijpen: lôôspiepe (Beegden) luchtpijpen [loospiepe] [N 10 (1961)] III-1-1
luchtx lucht: locht (Beegden), Algemene opmerking: lijst niet omgespeld!  lôcht (Beegden) lucht [DC 03 (1934)], [SGV (1914)] III-4-4
lucifer lucifer: lucifer (Beegden), stinkstek: sjtinksjtĕk (Beegden), zwegeltje: zjwêgelke∂ (Beegden) lucifer [SGV (1914)] III-2-1
lui lui: Opm. bijv. zôô luij es ei v´rke; zôô luij est ter lank is. (ps. boven de a (van lank) staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  luij (Beegden) lui (traag) [SGV (1914)] III-1-4
lui (lieden) lui: lu (Beegden), luuj (Beegden), mensen: miense (Beegden) lui (lieden) [SGV (1914)] || lui/lieden; de - zijn vandaag allemaal buiten op het land aan het maaien [DC 03 (1934)] III-3-1
luias luias: lø̜jas (Beegden) De as waarop de luireep of luiketting gewonden wordt. Zie ook afb. 65. De as is in functie vergelijkbaar met de rol van het luiwerk in watermolens. Zie ook het lemma ɛrolɛ.' [N O, 25g; A 42A, 45] II-3
luid schreien beuken: ps. omgespeld volgens Frings.  bø͂ͅke (Beegden), grijnen: griene (Beegden), toeten: toete (Beegden) krijten [SGV (1914)] III-1-4
luiden luiden: loeje (Beegden) luiden [SGV (1914)] III-3-3
luier windel: winjel (Beegden) luier [SGV (1914)] III-2-2
luikapje kapje: kɛpkǝ (Beegden) Luifel of apart houten kapje dat bij de standerdmolen bevestigd is boven dat gedeelte van de luias dat naar buiten steekt. Zie ook afb. 66. [N O, 25s; Sche 21] II-3