e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
met de linkerhand met de linkse hand: met de lenkse hand (Bilzen) met de linkerhand [ZND 37 (1941)] III-1-2
met de poten dicht bijeen staan (te) smal staan: smāl stǫn (Bilzen) [N 8, 78a en 78b] I-9
met de poten te ver uit elkaar staan (te) breed staan: brēt stǫn (Bilzen) [N 8, 78b] I-9
met de vlakke hand op iemands rug slaan een dof geven: nen doef gaeve (Bilzen), kletsen: klêtse (Bilzen), meppen: mêppe (Bilzen) met de vlakke hand op iemands rug slaan [batsen, doezen] [N 112 (2006)] III-3-2
met de vleug mee bijeen: bjē (Bilzen), met de draad met: męt dǝn druǝt męt (Bilzen) Met de richting mee van vezels en draden van een weefsel. [N 59, 40a] II-7
met de voorpoten harkend over de grond krabben klauwen: klāvǝ (Bilzen) Met de hoeven in de aarde krabben of wroeten. [JG 1a; N 8, 74] I-9
met de zweep slaan of geluid geven klakken: klakǝ (Bilzen), klatsen: klatsǝ (Bilzen), zwepen: zwēpǝ (Bilzen) Het slaan met de zweep brengt een knallend geluid voort. Terwijl in de enquête van J. Goossens het werkwoord zwepen in de jaren vijftig enkel voor Achel (L 282) en Hamont (L 286) werd opgetekend, vermeldt de enquête van P. Willems (1885)het nog voor een groot aantal gemeenten uit de beide Limburgen. Zie in dit verband ook ros voor "paard" (WLD I, afl. 9, p. 5). [JG 1a, 1b, 2c; L 8, 141a; Wi 42; monogr.] I-10
met een drijftol spelen kokkerellen: kukkərɛllə (Bilzen), (weet niet meer zeker - moet ik nog eens opzoeken)  koekkerêlle (Bilzen), een dop was omgekeerd conisch en van een stalen punt voorzien, een koekerel helemaal in hout.  koekerelle (Bilzen) / [SND (2006)] || draaitollen [SND (2006)] || Hoe noemt men het spelen met dit speelgoed? [Lk 03 (1953)] III-3-2
met een priktol spelen doppen: (doppe) (Bilzen), doͅppə (Bilzen) een tol op de hand laten draaien [scheppen, deinderen] [N 112 (2006)] || Hoe noemt men het spelen met dit speelgoed? [Lk 03 (1953)] III-3-2
met kleine hapjes eten inschuren: ènsjiere (Bilzen) druk eten met kleine hapjes [N 80 (1980)] III-2-3