18003 |
stijf van vingers en handen |
stijf:
schtief (Q096p Bunde),
sjtief han (Q096p Bunde)
|
stijf, van vingers en handen gezegd [scheef] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
25212 |
stille regen |
zeveren:
zeiveren (Q096p Bunde)
|
stille regen (vooral met sneeuw) [slek] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21226 |
stoep |
luif:
løͅi̯f (Q096p Bunde),
stenen stoep langs een huis dat met een zijkant aan de straat grenst
luif (Q096p Bunde)
|
stoep [ZND 07 (1924)], [ZND m]
III-3-1
|
19857 |
stoep, trottoir |
luif:
løͅi̯f (Q096p Bunde)
|
stoep [ZND 07 (1924)]
III-2-1
|
20306 |
stok of twijg om een kind te straffen |
remmel:
remmel (Q096p Bunde)
|
een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
33103 |
stoppels |
stoppelen:
štǫpǝlǝ (Q096p Bunde)
|
De stompjes halm die na het maaien op het veld overblijven en later worden ondergeploegd. Opvallend polymorfe meervoudsvorming. [N 6, 7; N 15, 52; JG 1a, 1b; L 7, 53; L 15, 23; Wi 51; monogr.]
I-4
|
25173 |
stormx |
storm:
sjtörrem (Q096p Bunde)
|
storm, zeer hevige, zekere tijd aanhoudende wind [tempeest] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21446 |
stortplaats |
stort:
sjtort (Q096p Bunde)
|
de plaats waar vuilnis gestort mag worden [stort] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21213 |
straatgoot |
goot:
göt (Q096p Bunde)
|
een geul langs de weg waarlangs afvalwater kan wegstromen [N 90 (1982)]
III-3-1
|
22870 |
strafschop |
penalty (eng.):
Karte 171.
penalty/penanty (Q096p Bunde)
|
Elfmeter (im Fussballspiel).
III-3-2
|