19482 |
pollepel |
potlepel:
potleeëpel (Q119p Eygelshoven),
soeplepel:
om soep op te vullen
sopleäpel (Q119p Eygelshoven)
|
lepel, metalen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || lepel; inventarisatie schertsende benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
17657 |
pols |
pols:
pols (Q119p Eygelshoven)
|
pols [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
21536 |
ponder |
pondel:
WNT: pondel, Van pond met -el, zooals huizel, uisel van ons is afgeleid. Verg. ponder (III) en unster, die met -er zijn gevormd. Weegschaal met ongelijke armen, waardoor men met een klein gewicht, dat aan den langen arm wordt heen en weer geschoven, een grooten last kan wegen, unster.
pungel (Q119p Eygelshoven),
trekwaag:
trekwôôg (Q119p Eygelshoven)
|
Weeginstrument met trekveerwerking. [N 18 (1962)]
III-3-1
|
19957 |
poort |
poort:
pōǝ.ts (Q119p Eygelshoven),
pǭǝt (Q119p Eygelshoven),
pǭǝts (Q119p Eygelshoven)
|
Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s]
I-6
|
17953 |
pootjebaden |
platsen:
platsje (Q119p Eygelshoven)
|
lopen: met blote voeten door plassen lopen [polse, dokkele, baden] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
24490 |
populier (alg.) |
canadas:
-
kanadas (Q119p Eygelshoven)
|
populier (Populus) [DC 69 (1994)]
III-4-3
|
21203 |
postbode |
briefdrager:
breftrɛgər (Q119p Eygelshoven)
|
postbode [RND]
III-3-1
|
33171 |
poten |
poten:
poátǝ (Q119p Eygelshoven),
pūǝtǝ (Q119p Eygelshoven)
|
De kleine steuntjes die zich aan de onderkant van de berries bevinden en waarop het draagvlak van de kruiwagen kan rusten. [N 18, 99, add; JG 1a; JG 1b] || In dit lemma staan de algemene benamingen voor het planten van de pootaardappelen bijeen. [N 12, 10; N 15, 1b en 1c; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 20, 1a; A 23, 17d.I; Lu 1, 17d.I; Wi 43; monogr.; add. uit N 12, 15; N M, 18a en 18b]
I-13, I-5
|
20667 |
preisoep |
breedloofsoep:
breedloof-tsoep (Q119p Eygelshoven)
|
Preisoep (Poorsop?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
22862 |
prijzen (mv.) |
prijzen:
pri.s (Q119p Eygelshoven)
|
prijzen (mv.) [RND]
III-3-2
|