| 21427 |
schoolhoofd |
hoofd:
(o.).
h‧ōf (Q202p Eys),
hoofdmeester:
hoofdmeester (Q202p Eys)
|
het hoofd van een lagere school [bovenmeester, bovenkoster] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21366 |
schoolopziener |
schoolopzie:
[sic]
sjoewlopzi (Q202p Eys)
|
schoolopziener [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 21426 |
schoolrapport |
puntenboekje:
puntəbeuksjkə (Q202p Eys)
|
schoolrapport; Kent u een ander woord voor ....... [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
| 20354 |
schoondochter |
schoondochter:
sjöndautər (Q202p Eys)
|
schoondochter [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20352 |
schoonmoeder |
schoonmoeder:
sjönmodder (Q202p Eys)
|
schoonmoeder [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20351 |
schoonouders |
schoonouders:
sjönauwəsj (Q202p Eys)
|
schoonouders [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20150 |
schoonvader |
schoonvader:
sjönvaddər (Q202p Eys)
|
schoonvader [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20353 |
schoonzoon |
schoonzoon:
schoonzoon (Q202p Eys),
sjönzoon (Q202p Eys)
|
schoonbroeder [SGV (1914)] || schoonzoon [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 20263 |
schoonzuster |
schoonzuster:
sjönzuster (Q202p Eys),
zwegerse:
sjweegesje (Q202p Eys),
sjwegisjə (Q202p Eys)
|
schoonzuster [SGV (1914)] || schoonzuster; Bestaan er verschillende woorden voor de zuster van den man of de vrouw, en de vrouw van den broeder? [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
| 27939 |
schoor |
schoorbalk:
šǭrbalǝk (Q202p Eys
[(meervoud: šǭrbɛlǝk)]
),
spreize:
šprę.jts (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Domaniale]),
stijp:
štip (Q202p Eys),
trekbalk:
tręk˱balǝk (Q202p Eys
[(meervoud: tręk˱bɛlǝk)]
)
|
Balk die horizontaal tussen twee ondersteuningen wordt geplaatst om te verhinderen dat de ondersteuningen door de druk gaan verschuiven. Ook Defoin (pag. 67) kent schoor in deze betekenis: "Brengen grondbewegingen de stabiliteit van de stutting in gevaar, dan worden de ramen op een afstand gehouden door tussenschoren." Volgens Vanwonterghem en Haust daarentegen wordt de schoor gebruikt als horizontale verbinding tussen de stijlen van één ondersteuning om de zijdelingse druk op te vangen. Laatstgenoemde schrijft bij het lemma "tindrê" (pag. 219): "Bois qu''on chasse, surtout en dressant, entre les deux montants du cadre de voie pour empêcher que la poussée latérale ne les rapproche." [N 95, 349; N 95, 365; N 95, 300; N 95, add.; monogr.; Vwo 624; Vwo 691; Vwo 772; Vwo 773] || Paal of stijl die ter ondersteuning schuin onder een constructie wordt geplaatst. [N 31, 48b; monogr] || Schuine steunbalk tussen muurstijlen en regels. Zie ook afb. 47. [N 4A, 52c; N 31, 45d]
II-5, II-9
|