e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P186p plaats=Gelinden

Overzicht

Gevonden: 1683
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jonge geit geitje: gęi̯tšǝ (Gelinden) [N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.] I-12
jonge kip pul: pøl (Gelinden) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12
jongen jong: jong (Gelinden, ... ), jòng (Gelinden), schuit van een jong: schêût van nə jòng (Gelinden) grote (opgeschoten) jongen [ZND 11 (1925)] || jongen [ZND 11 (1925)] || jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)] III-2-2
jood jood: ene jout, twie joude (Gelinden, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] III-3-1, III-3-3
judas judas: ene zjudas (Gelinden) Een Judas (uitspraak van j als in ja? of zj als in Frans Jean?). [ZND 27 (1938)] III-3-3
juffrouw juffrouw: jufrauw (Gelinden) juffrouw [ZND 27 (1938)] III-3-1
kaam kaam/kamen: kuǭm (Gelinden) Het wit gerimpeld of vlokkig vlies op wijn, bier, azijn, etc. dat wordt gevormd door een spruit- of gistzwam. [S 16; L 1 a-m; L 27, 53; monogr.] II-2
kaantjes kaaien: kyøͅ (Gelinden) kanen [Goossens 1b (1960)] III-2-3
kaarten (ww.) tuisen: Kaartspelen.  toͅsə (Gelinden) Tuischen, vertuischen. (Gebruikt men deze woorden en in welke beteekenis: ruilen, verkoopen, schacheren, kaartspelen, enz.?) [ZND 08 (1925)] III-3-2
kabouter kabouter: ene kabouter (Gelinden) Een kabouter (klein mannetje uit de sprookjes). [ZND 27 (1938)] III-3-3