e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q003p plaats=Genk

Overzicht

Gevonden: 4982
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
darrenbroed aardebroed: ę̄rdǝbrut (Genk) Het broed in de grootste cellen, waaruit de darren ontstaan. [N 63, 24b; N 63, 20a; N 63, 24a] II-6
darrenbroed onthoofden afsnijden: ǭfsnęjǝ (Genk) Wanneer de voorzwerm eraf is, kan de imker er toe overgaan het darrenbroed te onthoofden. Hiermee beteugelt hij de darrenaanzet en verhindert eventueel het zwermen. Met een scherp mes wordt het darrenbroed in de raat onthoofd, zodat het sterft. Het wordt dan uit de korf of kast verwijderd. [N 63, 79] II-6
darrenbroedig aardebroedig: ɛrdǝbrudex (Genk) Gezegd van een koningin die onbevrucht is en daardoor darrenbroed legt in plaats van werkbijenbroed. [N 63, 64; N 63, 63a] II-6
darrenraat aanbouwen aarderaten bijbouwen: ɛrdǝrǭtǝn bęjbōǝn (Genk) Het aanzetten van darrenraten of darrenbroed. Tegenover het fijn werk van de werkbijenraat staat het grof werk van de darrenraat. Tegen het zwermen en na het bouwen van de werkbijenraat worden de darrenraten aangebouwd. De raten staan dan stomp. [N 63, 16e] II-6
dartel (een) wilde: welǝ (Genk) Gezegd van felle, vurige, moeilijk te tomen paarden, vooral jonge hengsten. [JG 1d; N 8, 64g] I-9
darts flikken: flikke (Genk), pikken: pikke (Genk) 2. Vogelpik spelen. || 2. Vogelpikken. III-3-2
dartsblok flikblok: Ook: pikblok.  flikblok (Genk), pikblok: Sub flikblok: ook pikblok.  pikblok (Genk) Vogelpik. III-3-2
dartspijltje flik: flik (Genk) Pijl van vogelpik. III-3-2
das, sjaal halsplag: halsplaag (Genk), sjaal: sjal (Genk) halsdoek || sjaal III-1-3
dauw dauw: doo (Genk) dauw III-4-4