e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jonge kip jonge hoen: joŋ hun (Gennep) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12
jongen jong: joong (Gennep), jŏŏng (Gennep) jongen [DC 05 (1937)] || jongen (knaap) [SGV (1914)] III-2-2
jongen met wie een meisje verkering heeft vrijer: vrējer (Gennep), vri-jer (Gennep), vrijer (Gennep) de jongen met wie men verkering heeft [caprice, flip, vrijer] [N 87 (1981)] || Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft? (Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jongen met wie men verloofd is verloofde: verloofdə (Gennep), vrijer: vrējer (Gennep) Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is? (Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] || verloofde [mannelijk] [caresseur] [N 87 (1981)] III-2-2
jongste vogeltje uit het nest nestkek: nèèstgèk (Gennep) jongste vogel uit het nest (kakkenestje) [N 83 (1981)] III-4-1
jood jood: jŭt (Gennep, ... ) jood [SGV (1914)] III-3-1, III-3-3
judas judas: judas (Gennep) Judas [SGV (1914)] III-3-3
juffrouw juffer: jŭffer (Gennep), juffrouw: juffrouw (Gennep, ... ) hoe spreekt u een ongetrouwde vrouw aan? [juffer, juffrouw, juf, uffrouw] [N 87 (1981)] || juffer [SGV (1914)] III-3-1
jukriem bindriem: bindriem (Gennep) Verbinding tussen het haam en de disselboom, als men met een tweespan rijdt. Verscheidene zegslieden verklaren dat een tweespan in hun gemeente niet (meer) voorkomt. [N 13, 12] I-10
jurk kleed: kleed (Gennep) jurk III-1-3