e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rente rente: rinte (Gulpen) rente [SGV (1914)] III-3-1
rentenier rentenier: rinteneer (Gulpen) rentenier [SGV (1914)] III-3-1
rentenieren op zijn rente leven: op zieng rente léve (Gulpen), rentenieren: rentenere (Gulpen), rintenere (Gulpen) leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)] III-3-1
rentmeester rentmeester: rinkmeèster (Gulpen) rentmeester [SGV (1914)] III-3-1
repareren flikken: flikke (Gulpen), flikken (Gulpen), oplappen: oplappen (Gulpen) repareren, opknappen [oplappen, flikken, lameseren] [N 91 (1982)] III-4-4
rest in het glas klatsje: kletschke (Gulpen, ... ), kletsjke (Gulpen), klots: kloetsch (Gulpen) restje; Hoe noemt U: Kleine hoeveelheid bier onder in een glas (kletske) [N 80 (1980)] III-2-3
restant vissen fuik: foek (Gulpen), net: nĭt (Gulpen), snoek: sjnook (Gulpen), snoek (mv.): sjnök (Gulpen), zalm: zalm (Gulpen) fuik [SGV (1914)] || snoek [SGV (1914)] || visnet [SGV (1914)] || zalm [N100 (1997)] III-4-2
restant vogels grauwe gans: gans: grauwe gans (± 80 net een tamme gans zonder wit; oranje bek; roep gelijk tamme gans  grauwe gaos (Gulpen), jonge spreeuwen: jōng sjpriwen (Gulpen), kleine zwaan: kleng sjwaan (Gulpen), kuifeend: kuifeend (43 zwart-wit duikeendje met hangkuifje; broedt hier nu ook  koefend (Gulpen), mannetjesmus: mennekesmusj (Gulpen), musjesmannetje: musjesmenneke (Gulpen), musjeswijf: musjeswief (Gulpen, ... ), mussenmannetje: musjemenneke (Gulpen), mussenwijf: musjewief (Gulpen), pijlstoets: pijlstaart (56 bruine kop; witte nek; puntstaart; meest op trek  pielsjtoets (Gulpen), russische eend: krakeend: donkere grijsbruine zwemeend met witte vleugelspiegel (kraker, krakeend, krek, schar, krak, kreest, krust)  russische end (Gulpen, ... ), slobeend: slobeend (51 groene kop; witte nek; bruine borst; brede platte bek  slopend (Gulpen), tafeleend: tafeleend (46 grijs; met bruine kop; zwarte borst; alleen op trek en s winters  taofelend (Gulpen), toppereend: toppereend (48 zwart-witte duikeend zonder kuif; broedt hier niet  topperend (Gulpen), vliegen: vleege (Gulpen), wijfjesmus: wiefkesmusj (Gulpen), wilde eend: brilduiker: wit en zwarte eend, de woerd heeft een ronde witte veer naast zijn oog; het wijfje is grijs met bruine kop (brilduiker, duikelder)  weie end (Gulpen, ... ) brilduiker [N 83 (1981)] || grauwe gans [N 09 (1961)] || jong van de spreeuw [DC 06 (1938)] || kleine zwaan [N 09 (1961)] || krakeend [N 83 (1981)] || kuifeend [N 09 (1961)] || mannelijke huismus (ruigeltje) [N 83 (1981)] || pijlstaart [N 09 (1961)] || slobeend [N 09 (1961)] || tafeleend [N 09 (1961)] || toppereend [N 09 (1961)] || vliegen [SGV (1914)] || vrouwelijke huismus (moffelkop) [N 83 (1981)] III-4-1
restant zoogdieren das: daas (Gulpen), das (Gulpen), däs (Gulpen), tam: taam (Gulpen), wild: wild (Gulpen) das [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] || tam [DC 19 (1951)] || wild [SGV (1914)] III-4-2
retraitant retraitant: nne retraitant (Gulpen) Iemand die aan een retraite deelneemt, retraitant. [N 96B (1989)] III-3-3